De pianostemmer die niet pianospelen kon

pingelenpingelenpingelen

Soms, als Martin met zijn autootjes of houten blokken aan het spelen was, klonk het gepingel van zijn moeder. Wanneer ze even niets te doen had, de aardappels waren geschild, de was al gedaan, legden ze haar vingers op de witte en zwarte toetsen en speelde. Beethoven. Altijd maar Beethoven. Für Elise, één, twee, drie keer achter elkaar. Meer kon ze niet.
Na een tijdje gingen bij de eerste noten zijn haren al recht overeind staan. De eerste keer kon hij nog net uitstaan, maar bij de derde herhaling bedekte hij zijn oren met zijn handen en liep geïrriteerd de kamer uit.
‘Martin, ga nou op pianoles,’ probeerde zijn moeder een paar jaar later. ‘Het is zo’n mooi instrument.’
Ze zette zijn handjes op de toetsen, maar hij gilde ‘Neeeeeeeeeeeeeeeeeeee!’ en uiteindelijk gaf ze het op.

De vingers van zijn moeder begonnen pijn te doen en ze konden het geld goed gebruiken. Dus werd de piano, een erfstuk van zijn grootvader, verkocht. Martin dacht er jaren niet meer aan, totdat hij op bezoek ging bij een vriend. Terwijl hij en zijn vriend de meisjes uit hun klas bespraken (‘En Jeanet dan?’ ‘Nee, die is te arrogant.’), klonken op de achtergrond de eerste tonen van Für Elise. Meteen voelde Martin de kippenvel op zijn huid. Maar niet vanwege het liedje.
De piano was vals.

‘Zo, hij is weer zuiver hoor,’ zegt de pianostemmer tegen mij en hij geeft een zachte klap op het hout.
‘Weet je het zeker?’
‘Ja, speel maar.’
‘Waarom speel jij niet?’
Hij glimlacht.
‘Ik kan niet pianospelen.’
Hij pakt zijn spullen in, doet de voordeur open en zwaait naar me. Verbaasd blijf ik staan.
‘Dag Martin!’ zeg ik nog, maar te laat.

(mijn pianostemmer kan serieus niet pianospelen en ik weet niet waarom, maar dit zou zomaar de reden kunnen zijn)

Literaire Laura: was


(de titel van deze blog moet u sarcastisch opvatten)

Ik zit bij een schrijversclubje. Het schrijversclubje van Film- en Literatuurwetenschap (die net het predicaat topopleiding heeft gekregen, dus jullie weten allemaal wat jullie moeten gaan studeren) onder leiding van Isabel Hoving (wellicht bekend door haar jeugdliteratuur). Zo’n schrijversclubje is naast heel leuk natuurlijk ook doodeng. Want het is de bedoeling dat mensen je werk lezen (!). En er kritiek op geven (!!).

Huiverend zat ik dan ook op mijn stoel de tweede bijeenkomst, want ik had mijn stukje ingediend. En geloof het of niet, maar ik werd niet helemaal neergesabeld. Kritiekpuntjes die ik geestelijk nog aankon, werden gegeven en ook toegepast door mij. En het resultaat kunt u hieronder lezen.

***

Was

Ik fietste er elke dag langs. Terwijl ik al puffend het heuveltje op probeerde te komen, keek ik altijd even naar het gebouwtje links. Het maakte niet uit hoe warm of koud het was, de deur was open.
‘Kom maar binnen,’ leek het te zeggen. ‘Zelfs als je geen vuile was hebt, ben je hier welkom.’
Door de opening zag ik hem dan zitten. Met zijn voeten op het bankje en zijn ellebogen op zijn knieën keek hij naar het draaien van de wasmachines. Altijd de linker, in het hoekje. Het liefst bonte was.
Eén keer gebeurde er een ongeluk op het heuveltje. Een vrachtwagen die naar achteren ging en zonder te kijken zo een oud vrouwtje aanreed. Op een paar blauwe plekken na had ze niets, maar haar gegil had men tot in het centrum gehoord. Hij had niet opgekeken, bleef maar naar de bak vol ronddraaiende slipjes en handdoeken staren. Misschien dat hij fronste, omdat dat stomme gegil hem uit zijn concentratie had gehaald. Ik weet het niet.
In mijn gedachten had hij van die blauwe, priemende ogen die recht in je ziel kijken. En een litteken boven zijn oog, omdat hij een vaas had omgestoten (‘Frank, wat heb je gedaan? Kun je nou nooit eens uitkijken?’ hoorde ik zijn moeder al schreeuwen) en een scherf hem had geraakt.
Soms dacht ik erover om naar binnen te gaan.

Gisteren fietste ik er weer. Door de harde wind was het deze keer zo mogelijk nog moeilijker om het heuveltje op te komen, ik viel nog net niet van mijn fiets af en vergat haast te kijken. Net op het laatste moment keek ik, maar ik zag zijn bruine kruin niet. De linkerwasmachine, in het hoekje, was leeg.
Net als het bankje.

Je kan over alles schrijven

Ik weet eigenlijk niet eens hoe ik erop kom. Misschien omdat ik aan het afwassen ben. Of ergens een foto van heb gemaakt. Ik bedoel, welke debiel schrijft nou serieus een blogje over duizenddingendoekjes? Nou ja, ik dus. En jullie, stelletje gekkerds, lezen het nog ook. Wat zeg ik: sommigen vinden het zelfs leuk!

Of is het toch niet zo raar? Als je jezelf serieus wil nemen als blogger/schrijver, dan zou je overal over moeten kunnen schrijven. Half lege (‘Nee Laura, half volle.’) flesjes water, het schroefje bij je meubel van je Ikea dat nergens bij past of natuurlijk de zin van het leven.

Geen inspiratie? Kijk eens om je heen! Want waarom zou je over over moeten kunnen schrijven? Omdat overal een verhaal in zit. Stofzuigen an sich is niet interessant, maar het gaat erom wat jij ervan maakt(‘Als ik gestofzuigd heb, dan kan ik de week daarna niet meer lopen van de rugpijn.’ ‘Mijn stofzuiger is niet alleen dol op stof, maar ook op mijn sieraden die her en der verspreid liggen in mijn kamer en nee, dat is niet mijn schuld.’).

Daarnaast bezit je vast een scala aan anekdotes, al dan niet van jezelf. Er zijn boeken, films, televisieprogramma’s, beroemde mensen, niet zo beroemde mensen, (huis-)dieren, studies, baantjes waar je over kunt schrijven.

JE KAN OVER ALLES SCHRIJVEN.

Geeft dat niet een enorme vrijheid? Dus hup, niet meer zeuren dat je geen inspiratie hebt. Gewoon even goed om je heen kijken.

Nobody puts Baby in the corner

Ach ja, de klassiekers. Van die films die iedereen gezien moet hebben. Eén daarvan is Dirty Dancing, alom bekend. Maar voor de mensen die het niet kennen (heb je onder een steen geleefd?), hier nog een samenvatting:

Frances (ook wel Baby genoemd) gaat met haar ouders op vakantie in één of ander park. Daar ontmoet ze de entertainer/danser Johnny. Door allerlei omstandigheden (ik heb geen zin om er een hele lange samenvatting van te maken) moet ze met Johnny een dans instuderen en gebeurt het onvermijdelijke… ze worden verliefd.

‘Ooooh, wat een romantische film, Laura!’ Ja ja, dat is wel zo, maar vraagt niemand zich dan af hoe het verder is gegaan met Baby en Johnny ná de zomervakantie? Ik namelijk wel.

Ik kan me wel voorstellen hoe het is gegaan. Baby en Johnny hebben de perfecte zomer beleefd, maar dan begint het echte leven weer. Baby is bezig met haar studie. Overdag heeft ze college en ’s avonds zit ze aan het huiswerk. Maar als ze zichzelf en de liefde dan eindelijk in het weekend een beetje tijd gunt, kan Johnny niet! Die moet namelijk in het weekend altijd dansoptredens doen, daar is hij immers voor opgeleid en anders kan hij de huur niet betalen. Het gevolg? Ze zien elkaar amper, de liefde bekoelt en dat was het dan…

Hmm ja, niet zo leuk. Doe mij toch de film maar.

(Of denk jij dat het anders afgelopen zou zijn?)

Een kaartje uit Rotterdam (1922): Lieve Maarti

Afgelopen zondag stuitte ik samen met het vriendje op een kraampje met allerlei kaartjes tijdens de boekenmarkt in Dordrecht. En toen ging het lampje boven het hoofd aan (net zoals in een tekenfilm) en kwam daar een idee: want wat is het verhaal achter deze kaartjes? Wie heeft dit geschreven en waarom? We hebben vijftien kaartjes gekocht, sommige komen uit 1970, andere uit 1918. Hoe bijzonder is het dat ik nu in mijn handen een kaartje van bijna honderd jaar oud heb? Welke reis heeft dit kaartje ondernomen? Bijna honderd jaar geleden heeft iemand dit geschreven en in de brievenbus gedaan. En dan die mooie handschriften van toen. Hoe bijzonder is dat!
De verhalen zijn waarschijnlijk niet meer te achterhalen en daarom verzin ik ze zelf. Dus vanaf nu een nieuwe serie op lauradenkt.nl, vijftien weken lang elke week een verhaal bij een kaartje: een kaartje uit Rotterdam.

***
‘Kom, we gaan een kaartje schrijven aan je neef Maarten!’ zei Lena tegen het kind, dat haar aankeek met grote ogen.
Een uur geleden hadden ze de kaart uitgezocht. Lena had lang getreuzeld, want ze wilde graag de mooiste uitzoeken. Uiteindelijk kocht ze het kaartje met een tekening van de Schiedamscheweg. Dat zou haar broer vast mooi vinden.
Het puntje van haar tong stak uit haar mond, terwijl ze zo netjes mogelijk probeerde te schrijven.
‘Wat zal ik eens vertellen, Wimmetje?’
Ze keek naar het kind, dat onafscheidelijk was met zijn beker. Wat leek hij toch op zijn vader. Ze dacht dat ze nooit meer verliefd zou zijn, maar dat had ze mis. De verliefdheidsgevoelens voor haar man waren al jaren verdwenen, maar als ze naar Wim keek, kreeg ze vlinders in haar buik. Ze aaide hem even over zijn hoofdje en schreef toen verder.
Nog een week en dan zouden de kinderen met elkaar kunnen kennis maken. Maarten was natuurlijk een jaar ouder dan zijn neefje, maar ze wist zeker dat het goed zou komen. En ze kon niet wachten om met haar schoonzus alle verhalen te delen. Aan haar man kon ze het niet kwijt, die was druk bezig met zijn werk.

Lieve Maarti.

Zie je die brug wel? Daar loopt onze Opa elke dag over. Leuk hè! Ik heb van Opa en Oma een bekertje gehad en kan nu al goed er uit drinken. Ook speel ik graag met mijn bekertje. Het glimt zoo mooi en dat van jou? Van tante Dit van Vliet heb ik een mooi eendje gehad, waar ik veel van houd. Tante Dit is lief, vindt je niet? Zeg Pappa, Mamma, Dina gedag van mij en van mijn Papa en Mama.

Je neef Wim Dijkshoorn

‘Kom, dan gaan we samen met opa wandelen over de brug.’
Er scheen een heldere lentezon. De oude man droeg het kind in zijn armen en wierp er steeds een bezorgde blik op.
‘Heeft hij wel genoeg gegeten vandaag?’
‘Ja, pa.’ zuchtte Lena. Dat was al de derde keer dat hij het vroeg.
Ze stonden op de brug. In de verte lagen de bootjes te schitteren in de zon. Ze keken er stilzwijgend naar.
‘Kom, we moeten verder.’ zei ze na tien minuten.
Het gebeurde, voordat ze er erg in had. Een steen op de weg, gestruikel, haar vader op de grond, een schreeuw, een plons, opspattend water. Toen ze naar beneden keek, zag ze iets donkers steeds verder naar de bodem zakken.

Een week later ontving Maarten het kaartje van zijn neef.