Ik probeerde me voor te stellen aan de muur, maar hij wilde niet…
Nieuwe mensen ontmoeten. Dat kan leuk zijn (hoe meer Facebookvrienden, hoe beter is het credo tegenwoordig), maar het brengt ook een hele hoop complicaties met zich mee.
Allereerst: de openingszin. Nee, je wil niemand versieren, maar je moet toch iets zeggen. De originaliteit spat er van deze zin eigenlijk nooit af. U mag zelf kiezen uit: ‘Hallo.’/’Wat een rotweer he?’/’Ben jij ook nieuw hier?’/’Dus…’ (die laatste voor de socially awkward mensen). Er vloeit daar een gesprek uit voort (‘Hoi. Alles goed? Ja en met jou? Met mij ook. Mooi. Ja.’/’Ja, het regent al de hele week. Ja, echt vervelend. Ik heb geen paraplu bij me. Ik ook niet. Bluh. Bluh.’/’Dus… Ja. Nou nou. Poeh poeh. He he. Zo zo.’)
Vervolgens komt het onvermijdelijke moment van het voorstellen. Je schudt handen en bent zo bezig met het zeggen van je eigen naam (wat heel stom is, want je hebt je eigen naam al tachtigduizend jaar, dus waarom zou je daar nog aan denken?), dat je niet hoort wat de ander zegt en je wil vragen van ‘Sorry, wat was je naam ook alweer?’, maar dan is het eigenlijk al te laat en kom je nooit meer te weten hoe diegene heet.
Je schudt dus die hand en je denkt van ikbenLaura ikbenLaura ikbenLaura en dan shithoeheethijzij shithoeheethijzij en dan de volgende gedachte: shitikhebeenslaphandjewatdenkenzenuwelnietvanme? (Ik zal je zeggen wat ze denken: goh, ik wist niet dat iemand die er zo sterk uit ziet zo’n slap handje kon geven)
Aangezien ik een student ben, ja echt waar, komt deze situatie vooral met andere studenten voor en dan krijg je vragen als deze:
‘En wat studeer je?’
‘Literatuurwetenschap.’
‘Oh interessant/moeilijk/leuk/ik houd echt niet van lezen.’
‘En wat studeer jij?’
‘*vulhiereenrandomstudiein*’
Daarna gaat het over ‘Wat kan je eigenlijk met je studie?’, over naar ‘Zit je bij een studentenvereniging?’ en dan komt de onvermijdelijke awkward silence (BEDENK EEN GESPREKSONDERWERP, BEDENK EEN GESPREKSONDERWERP).
Ja, dat is nog best lastig, dat nieuwe mensen leren kennen. Dat we die druk eigenlijk aan kunnen he? Waarom doen we het ook alweer? Oh wacht ja, ik weet het al: het is leuk. Pfff, gelukkig toch nog iets positiefs.