Een paar jaar geleden was de maxidress hip. Ik zag hem hangen in de winkel en ik dacht: verdomme, weer een trend die ik niet kan volgen.
Ik ben namelijk een pietpeuterig klein meisje. En pietpeuterig kleine meisjes zijn niet lang genoeg voor een maxidress, dat zou dan eerder een superdupermaxerdemaxidress worden.
Huilend ging ik dan maar op zoek naar jurkjes boven de knie (want ook best lastig is als je 1.55 m bent), zodat ik ietsje langer kon lijken.
Maar toen zag ik een collega van mijn stage met een maxidress en zij is maximaal twee centimeter groter is dan ik. Dus het kon wél.
En nou, ik heb hem gevonden hoor. Twee zelfs. Ik moet gewoon een jurk van een bepaalde lengte hebben (ik ga niet zeggen welke, want ik wil niet dat jullie mij een tuinkabouter noemen) (‘Maar je hebt net je lengte verteld.’) (Oh ja) en dan komt het helemaal goed.
Ik houd van hem, mijn lieve Maxi. Dankzij hem hoef ik mijn benen niet meer te scheren. Ik laat niet per ongeluk mijn ondergoed zien tijdens het fietsen. Ik lijk langer. Ik hoef geen thigh gap tussen mijn benen te hebben (niet dat ik die ooit zal hebben).
Alleen dat struikelen over je eigen toch wel lange Maxi hè. Dat is nog een verbeterpuntje.