Wat er zo leuk is aan interviewen

Gisteren, op een zonovergoten dag in Amsterdam die een vaartocht met het pontje (leuk!!!) vereiste, had ik sinds lange tijd weer een interview. Door studie, stage en andere activiteiten ben ik er lang niet aan toegekomen. Met wie het interview was en wat voor nieuwe serie er gaat komen, houd ik nog even geheim, maar leuk wordt het zeker.

Maar wat is er nou eigenlijk zo leuk aan interviewen? Nou, dit dus:
– Je mag eindeloos nieuwsgierig zijn en vragen stellen. Ook rare vragen. Of vragen die eigenlijk niet kunnen (alles onder het mom van journalistiek).
– Je komt verhelderd thuis, omdat je zoveel nieuwe dingen hebt ontdekt. Niet alleen over die persoon, maar ook over het gebied waarover zij veel weten.
– Je ontmoet nieuwe mensen, ziet nieuwe plaatsen, maakt nieuwe reizen.
– Je komt in contact met mensen die je bewondert.
– Je gaat blij en vol energie weg, omdat het zulke leuke gesprekken zijn (tot nu toe nog geen enkel onaardig iemand geïnterviewd!).

En hoewel het soms ook een pokkewerk zijn (uren reizen, het interview zin voor zin uittypen), is het vooral heeeeel erg leuk. Dus binnenkort in dit theater: meer interviews!

Tovenarij: van gebrabbel tot interview

Interviewen is me inmiddels niet meer geheel onbekend, maar geïnterviewd worden: dat is hele andere koek.

‘Mag ik je interviewen?’ vroeg Naomi aan mij.
Mijn eerste reactie was: ‘Leuk!’ en ik stemde dan ook in.
Maar toen dacht ik: ‘Shit!’

Want kijk, interviewen is leuk. Als een gek vragen afschieten op de ander, onbeschaamd nieuwsgierig zijn. De ander laten praten en zelf luisteren. Maar geïnterviewd worden, oei. Opeens moest ik mooie zinnen formuleren, prachtige antwoorden bedenken en dat on the spot (voel de druk!).

En dat kan ik niet.

Ik stamelde, de woorden raakten verstrikt in mijn mond, ik wist opeens niet meer wat mijn studie in hield, laat staan mijn eigen naam en ik dacht: arme Naomi. Die moet van al die onzin een interview maken.

Waarschijnlijk dacht Naomi dat ook, want het duurde even voordat het interview klaar was. En toen kwam het volgende probleem: een foto. Ik had alleen foto’s van mezelf met een gekke bril, met duckface of als emo. Dat kan natuurlijk niet, ik ben immers een superdupervolwassen en bovendien serieuze vrouw. Dus sprak ik met Naomi af op Schouwburgplein (in Rotterrrrrdam). Van tevoren heb ik even een potje gehuild: ‘Ja, maar ik houd niet van foto’s en wedden dat geen enkele foto leuk wordt en huilerdehuil.’ Maar ik hield al snel op toen Naomi een zakje chocoladekruidnoten tevoorschijn toverde.

Vanochtend kwam het interview online. Tot mijn gespeelde verbazing (ik had het natuurlijk al eerder gelezen) was het een leuk interview geworden. Geen idee hoe Naomi van dat gebrabbel van mij dit heeft kunnen maken. Ik kom gewoon over als nou ja, een normaal iemand (oké, niet geheel, maar dat is dan ook erg moeilijk). En de foto die erbij zat, nou ja zeg, die was ook leuk!

Ik heb nog steeds geen idee hoe dit allemaal kan. Maar misschien bestaan ze toch. Tovenaressen. En dan is Naomi er zeker één van.

(Klik hierrrrrrrrr om het interview te lezen).

Weetjes over ‘wie schrijft, die blijft’


Een deel van mijn aantekeningen (interview met Ad Grooten). Nee, daar kun je geen kaas van maken. Ook geen chocola trouwens.

Inmiddels staan er zeven interviews in de serie ‘wie schrijft, die blijft’ op mijn blog over mensen wiens beroep op de één of andere manier met schrijven te maken heeft. Er komt er sowieso nog één aan en daarna weet ik het nog niet. Dat ligt namelijk aan hoe mijn indeling er na de zomer uitziet. Ik heb college en moet daarnaast ook werken (als iemand nog een leuk bijbaantje in Oegstgeest/Leiden weet, let me know!), dus ik weet niet of ik tijd overhoud voor het interviewen. Ik hoop het natuurlijk wel en als het wel past, ga ik er ook zeker mee door! Ik vind het namelijk één van de leukste dingen om te doen voor mijn blog en ik leer er veel van.

Goed, dan nu de weetjes!

– Dit zijn de blogjes waar ik de meeste tijd aan besteed. Echt mensen, het is bijna niet normaal. Allereerst moet ik mensen die ik wil interviewen mailen. Als ze bereid zijn geïnterviewd te worden, moet er gemaild worden over de afspraak: wanneer en waar? Daarna bedenk ik de vragen (ik heb wel veel vragen die ik iedereen stel, maar het is natuurlijk wel aangepast aan het beroep). Vervolgens ga ik naar de afspraak. Op de één of andere manier is het nooit dichtbij. Het meest dichtbij was in Den Haag en dat is anderhalf uur reizen. Het meest ver weg was in een dorpje boven Hoorn en volgens mij heb ik verdrongen hoelang reizen dat was. De meeste interviews vonden echter plaats in Amsterdam en ook dat is niet dichtbij. Maar dat heb ik ervoor over!
Oké, dan vindt het echte interview plaats. Meestal duurt dit een uurtje. Daarna weer terug naar huis en dan begint het: het uitwerken. Eerst typ ik het interview letterlijk, dus woord voor woord, uit, omdat ik mezelf nog niet genoeg vertrouw om een goed interview uit te schrijven als ik dat niet doe. Daarna maak ik er het echte interview van zoals je die op mijn blog ziet.

– Ik neem het interview op met een voicerecorder én ik schrijf mee in een schrift. Dit, omdat ik bang ben dat het mis gaat. En terecht, want het is één keer mis gegaan (het laatste interview op mijn blog). Ik weet niet precies hoe het kwam, maar er was helemaal niets opgenomen en daarom moest ik het van mijn aantekeningen hebben. Uiteindelijk wel gelukt, godzijdank.

– Er is niks mis met interviews via e-mail en telefoon, maar ik wil het graag face to face en ik doe het dus ook alleen maar face to face. Ik ben hiermee begonnen, omdat ik ervan wil leren en ervaring op wil doen. Dat gaat het beste face to face. Bovendien is dat ook het beste voor het interview. Je vormt zo een beter beeld van de geïnterviewd en dat neem je ook mee in je stuk. Oh en wat is er nou leuker dan nieuwe mensen ontmoeten? :)

– Deze serie heeft voor leuke dingen gezorgd. Zo heb ik nieuwe mensen leren kennen, veel geleerd over schrijven, ben ik naar nieuwe plaatsen gegaan (zo zit de studio van Ad Grooten in een voormalig mortuarium!) en is er een column over mij geschreven.

Wat ik vermoedde, klopt ook daadwerkelijk: ik vind interviewen heel leuk om te doen (dan mag ik eindelijk eens onbeschaamd nieuwsgierig zijn) en ik zal er ook zeker niet mee stoppen!