Welke wedstrijd: The Color Run.
Waar: Amsterdam.
Welke afstand: 5 kilometer.
Hoe lang mag je daarover doen: 4 uur.
Serieus? Ja, er zijn selfieposts en-
SERIEUS? Ja. Selfies nemen kost veel tijd.
Met wie: Dionne, Lianne, Lisa en Rosa, mijn gezellie blogdinnies.
Hoe goed zijn zij in hardlopen: Beter dan ik of ze hebben een goed excuus zoals astma.
Waarom doen jullie mee: We doen ironisch mee.
Oké dan: …
Wie is team captain: Ik uiteraard.
Wat houdt dat precies in: Dat ik over de finish word gedragen.
Omdat je het niet kan, bedoel je: Nee, dat hoort bij team captain zijn.
Oké dan: Houd je mond.
Heb je eigenlijk al geoefend: Ja en ik werd bijna aangevallen door een Duitse herder.
Succes: Ja. Bedankt.
Tag: hardlopen
Laura de drilmeesteres
Zo roze dat ik het niet aankan.
Het is je misschien opgevallen dat ik al een tijdje niet heb geblogd over hardlopen. Verschrikkelijk, want kan ik me dan nog wel een echte blogger noemen? Zeker als je nagaat dat ik niet elke dag mijn havermoutontbijt plog of mijn Outfit Of The Day in een vlog laat zien.
Toevallig hangt het bovenstaande samen met het feit dat ik niet zoveel hardgelopen heb de laatste tijd. Kerst kwam, ik at er een kilo of vijftig aan en toen was het: ‘Het is zo koud.’ ‘Ik heb geen zin.’ ‘Ik heb geen tijd.’ ‘Bluh.’ Ik betwijfelde of ik nog wel één kilometer zou kunnen rennen en om daar achter te komen, ging ik hardlopen met mijn vriend.
Nu moet je niet denken dat zoiets romantisch is. Ik zie er natuurlijk geweldig uit in mijn hardloopoutfit (je wordt blind, zo roze is mijn jasje), maar mijn vriend ziet er beter uit in pak dan hardloopjack en we drijven zowat in ons zweet. Omdat mijn vriend minstens tachtigduizend kilometer verder kan rennen dan ik, hielden we ons aan mijn route (een rondje om de plas van zo’n drie kilometer), maar maakten we het voor hem wat zwaarder.
Ik werd zijn drilmeesteres.
Terwijl ik op mijn dooie gemakje liep, gaf ik hem opdrachten.
‘Tachtigduizend jumping jacks!’ riep ik en daar begon hij: ‘Eén, twee, drie…’
Geen seconde rust kreeg die jongen.
‘Een miljoen burpees!’ riep ik. ‘Ren van die paal tot hier en weer terug en weer naar hier en weer terug en dat keer duizend!’
Het was heerlijk. Hoewel ik sowieso de broek aan heb in de relatie was dit wel het ultieme toppunt. Eigenlijk denk ik dat ik mijn roeping heb gevonden. Wat nou schrijven? Commando’s geven is het leven!
Dus lieve mensen, vanaf nu ben ik in te huren als Personal Trainer/Drilmeesteres. Voor jullie een vriendenprijsje: maar tachtigduizend euro per uur. Mail me!
Mijn gesprekken met Evy
Ik loop dus met Evy. Ja. Nee. Niet letterlijk. Ze praat tegen me. Nee, ik hoor geen stemmen in mijn hoofd. Ze zit in mijn telefoon en vertelt dat ze fier op me is in haar Vlaamse taaltje en dat soort onzin. Ze zegt dat ik het hartstikke goed doe, terwijl ze er niet eens echt bij is. Waarschijnlijk ligt ze op datzelfde moment te luieren op haar bank, terwijl ze The Bold and the Beautiful kijkt ofzo. Maar ja, dankzij haar kan ik nu drie kwartier achter elkaar rennen, dus ergens doet ze toch iets goed. Maar we hebben af en toe onze discussies.
Evy: ‘Je ziet nu op de helft van het loopstukje.’
Ik: ‘WAT?! Dat meen je niet. Het voelt verdomme alsof ik een marathon heb gelopen.’
Evy: ‘Nog maar één loopstukje en dan zit deze les er alweer op.’
Ik: ‘Ja, een loopstukje van tachtigduizend uur, Evy. Verdomme.’
Evy: ‘Ik ben echt fier op u.’
Ik: ‘Ja, dat zeg je ELKE les, Evy, lekker geloofwaardig.’
Evy: ‘Kun je nog zingen of praten tijdens het lopen? Probeer het eens!’
Ik: ‘Ja jezus, Evy, er zijn gewoon mensen in de buurt hoor. Ze denken al dat ik de gek van Oegstgeest ben, laat staan als ik ook nog zo achterlijk ga doen’
Na elk pietluttig stukje van vijf minuten dat ik al voor de tachtigduizendste keer gelopen heb, zegt Evy dat ze fier op me is. Maar als ik voor het eerst twintig minuten heb gerend, houdt ze haar mond dicht. Gek mens, die Evy.
(maar stiekem houd ik wel een beetje van haar, laatst gaf ze me nog een dikke zoen, zei ze)
Een nachtmerrie en één zonnestraaltje
Ik was in mijn geboortedorp en had een afspraak met Evy. Dat kun je natuurlijk niet afzeggen, dus trok ik mijn rozerdanditbestaatniethardloopwindjack aan (en ook wel andere kleren hoor) en begon met hardlopen.
Het ging eigenlijk best goed, zeker gezien de dramatische keer daarvoor (toen werd ik ingehaald door een slak). Er kwam leuke muziek langs, er waren weinig mensen op het pad langs het water waar ik liep en ik moest niet plassen (ook erg fijn tijdens het hardlopen). Maar opeens begon de grond te trillen. Ik hoorde het geluid van honderden trippelende stappen en evenveel zwaardere voetstappen. Ik viel bijna, zo erg was het.
Het beeld wat ik vervolgens zag, was nog erger.
Honderden border collies kwamen op me af, met hun baasjes achter hen. Mooi niet dat die baasjes zeiden ‘Fikkie, af!’. Nee hoor, ze lieten de storm van honden gewoon op me af komen. Ik werd onder de voet gelopen, het geblaf in mijn oren, haren op mijn nietmeerzoroze hardloopjack, vieze tongen over mijn gezicht.
Blijkbaar was het border colliedag in het dorp. Als ik dat had geweten, had ik gerend voor mijn leven. De andere kant op.
Ondanks deze nachtmerrie rende ik daarna weer verder. Deze dag had niet verschrikkelijker kunnen zijn en dat werd het gelukkig ook niet. Het werd ietsje beter. Ik was bijna klaar, toen er een klein meisje naast me kwam rennen. Ze schaterde het uit van het lachen en maakte het lopen net wat leuker.
Ik weet al wie mijn hardlooppartner wordt. En nee, het zijn niet de honden.
I did it
Ik heb groot nieuws: ik heb namelijk Evy’s Start To Run voltooid! En ik kan nog steeds geen vijf kilometer in 30 minuten rennen!
Zo erg is dat natuurlijk niet. Voor iemand die trauma’s heeft aan de Coopertest is het al een hele prestatie om überhaupt een halfuur achter elkaar te kunnen rennen. De laatste les moest ik 32 minuten en Evy zei dat ik waarschijnlijk tussen de 4 en 5 kilometer zou rennen. Het werd 4.45 dus ik ben niet supersloom toch? (Toch? TOCH?!)
Nou, die laatste les, dat was nog wel wat. Ene Jaap raadde me aan om een rondje Klinkenbergerplas in Oegstgeest te doen. Bedankt Jaap. Ik ben nog nooit voor zoveel honden weggerend in mijn leven en bovendien viel ik bijna in het water door de zijwind. Het begon ook nog eens te regenen en toen ik klaar was, moest ik nog een stukje naar huis. Dan kon ik net zo goed naar de supermarkt gaan. Verkleumd en in mijn hardloopkleding kwam ik daar aan (ik wil niet weten wat voor beeld dat gaf) en met chocoladekruidnoten kwam ik weer thuis. Je moet jezelf immers wel belonen. Nu, een half uur later, vallen mijn vingers er bijna af door het typen.
Allemaal voor jou, Evy. Maar het was het waard. Op naar de tien kilometer?
(In eerste instantie was het de bedoeling om ergens in november een wedstrijd te doen, maar ik moet jullie eerlijk bekennen dat ik het nog niet zeker weet. Ik weet dat ik vijf kilometer kan rennen, maar ik wil geen flashback krijgen en als laatste eindigen zoals bij gym.)
De overwinning
In het echt is het zo roze dat het pijn doet aan je ogen, dus deze foto komt niet helemaal overeen met de werkelijkheid #nofilter.
In mijn rozerdanditkanniet hardloopjackje (en ook nog een broek en schoenen enzo hoor) liep ik hard (nou ja, hard, hard, eerder slakkentempo) in Oegstgeest. Daarbij kwam ik langs het Leidse Hout, wat de Leidse Hout moet zijn volgens mensen, maar dat vind ik raar klinken. Wat ook raar is: is het nou Oegstgeest of Leiden? Als je aan de ene kant staat, ben je in Oegstgeest en aan de andere kant in Leiden. Er ligt geen grens in het midden, dus helemaal zeker weten doe je het nooit.
Terug naar het verhaal. Dat Leidse Hout is dus een bos/parkachtig iets, het heeft in ieder geval veel bomen en bankjes, en is ideaal om te hardlopen. Er valt nog wat te zien, de grond is lekker zacht en er zijn honden die achter je aan rennen en het is lekker rustig. Toen ik het Leidse Hout inging, zag ik al een paar middelbare scholiertjes rennen, allemaal in een onbestemde bourdeauxrode kleur. Heel stereotyperend, want je had de tutmeisjes die niet rennen, maar rustig op hun gemak lopen en kletsen, de stoere jongens die al voorbij zijn voordat je het in de gaten hebt en de loser, die rustig loopt, maar piept als een astmapatiënt. Ik kreeg herinneringen, maar duwde ze snel weg.
Na een aantal loslopende honden tegengekomen te zijn, besloot ik er maar weer uit te rennen, want ik houd niet van honden, vooral niet als ze rennen ik had het wel gezien. Vlakbij de uitgang stond een gespierde man, trainingspak aan, stopwatch in de hand, naar de al dan niet rennende kindertjes te kijken.
Dit was overduidelijk een gymleraar.
Hij zag mij, in slakkentempo, en ik zag hem en ik keek mooi niet weg, want zo’n knappe gymleraar had ik nog nooit gezien. Ik had alleen maar bejaarde gymleraren die me ‘Lautje’ noemden en hun hand nét iets te laag op mijn rug legden, dus dit was ik niet gewend. De gymleraar glimlachte naar me. Ik glimlachte terug en rende vrolijk verder.
Ik dacht aan tien jaar terug, toen ik zelf op de middelbare school begon. De veldloop, de piepjestest en weet ik wat nog meer, ik eindigde altijd als laatste. Piepend als een astmapatiënt (en ik ben dus geen astmapatiënt).
En nu liep ik daar. Niet veel sneller dan als twaalfjarige, maar ik hield het wel tachtigduizend keer langer vol (en dat is erg veel).
Het was een overwinning.
Wat ze je niet vertellen over hardlopen
– Mannen toeteren en kijken vaker naar je als je rood bezweet in één of ander apenpakje met schoenen lelijker dan Uggs aan het rennen bent dan als je helemaal opgetut in je jurkje loopt.
– Je ontkomt niet aan roze kleding als je hardloopspullen gaat kopen (misschien wel als je een man bent).
– Oordopjes vallen constant uit je oor.
– Als beginnende hardloper kijk je angstig naar de grond als je andere hardlopers tegenkomt, omdat je rent als een slome slak.
– Korte broekjes kruipen constant omhoog, alsof ze willen zeggen: ‘Stop met deze onzin!’
– Honden blaffen naar je en poesjes lopen weg.
– Als Evy ‘lopen’ zegt, bedoelt ze rennen. Zotte Belg.
– Je valt er geen kilo’s per week mee af, maar je krijgt wel meer trek in chocoladekruidnootjes.
– Je haar springt alle kanten op, behalve de goede.
– Evy laat je luisteren naar liedjes waarin ze ‘Eet mijn katje’ zingen (maar dan in het Engels, maar dat ga ik niet op mijn blog zetten, ik krijg al genoeg engerds als bezoekers).
– Je krijgt altijd steentjes in je schoenen op het moment dat Evy zegt dat je weer moet gaan rennen.
– Het water spat er gewoon af, zulke zweethandjes krijg je.
(ja, ik doe het nog steeds, ik ben als jullie dit lezen bezig met les 21 van Evy’s start to run!)
Mijn ervaring met pilates
Afgelopen maandag had ik college in Amsterdam. Ik snelde me na dat drie uur durende college naar de tram, naar de trein en daarna naar mijn fiets. Eenmaal thuis kleedde ik me om en ging hardlopen. Nadat Evy had gezegd dat ze fier op me was, stouwde ik wat eten naar binnen, zag dat ik als een gek moest fietsen en fietste dus als een gek: naar pilates.
Ach ja, pilates, dacht ik. Even lekker ontspannen na een drukke dag. Daar had ik dat harde fietsen wel voor over. Ik zag de blauwe matjes al liggen. Heerlijk.
We begonnen met een beetje warm maken. Nu had ik het al warm genoeg, maar ach, dat was niet erg. Maar daarna begonnen we met de benen. Mijn benen brandden als een gek. Ik had namelijk amper een uur eerder hardgelopen. Bij elke oefening werd het gevoel dat mijn benen eraf zouden vallen groter. Ik hoorde ze schreeuwen: ‘Doe ons dit niet aan, Laura, alsjeblieft! Hardlopen is al erg genoeg!’ Maar ja, ik was er nu toch al.
Mijn buikspieren waren al een tijdje niet gebruikt, maar ook die werden aan het werk gezet. Dat vonden ze niet zo leuk. Ik kon bijna de lerares niet horen door al die stemmen uit mijn buik en benen.
Gelukkig sloten we af met tien minuten liggen, terwijl er zweverige muziek werd gedraaid. Ik dacht aan de lerares die betaald werd om onder andere tien minuten lang naar mensen te kijken die op matjes liggen, aan wat ik morgen zou eten, aan al die teksten die ik nog moest lezen en samenvatten.
Nee, ontspannen kan ik het niet noemen. ‘Je kunt beter naar yoga gaan,’ zei een meisje tegen me. Vooruit, ik zal het een keer doen. Maar niet meer na het hardlopen.
Dit ga je niet geloven, maar het is echt waar
Ik ga een bekentenis doen en die is eigenlijk heel erg. Oké. Adem in, adem uit. Ik kan dit. Ik heb wel vaker gekke dingen gezegd. Oké, hier komt hij dan:
Ik doe aan hardlopen.
Ja, ik. Laura de sporthater die ging skeeleren, nou vooruit, skeeleren, dat kan nog, maar hardlopen? Ik die blogs over hardlopen verafschuwde (en ongeveer elke blog gaat erover, kun je nagaan), die haar vriendje gek aankijkt als hij weer eens aan hardloopwedstrijden van tien kilometer meedoet, ik die een intense, intense haat had aan de piepjestest, de veldloop en rennen voor de trein. Ja, ik.
Hoe komt dat dan opeens? Nou, ik was al gaan skeeleren met het idee van: een beetje beweging kan een mens geen kwaad. En zeker mij niet, want ik ben eigenlijk een man van zestig die driehonderd kilo weegt ik heb een slechte conditie. Maar het allerbeste wat je kan doen om je conditie te verbeteren (en het makkelijkste, want weinig voor nodig), is hardlopen. Dus ik downloadde de podcast van Evy (ja ja, die ken je vast wel) en ging aan de slag.
Ik vertelde het mijn vriendje, mijn moeder, een paar vriendinnen. Maar jullie, mijn besties, nog niet. Waarom niet? Ik wilde het niet na één les zeggen en dat ik vervolgens misschien wel zou opgeven. Maar nu, na net les 11 te hebben voltooid, durf ik er vooruit te komen. Dan gaan we nu door naar het vragenuurtje.
Is het leuk? Leuk, leuk, nah. Het hardlopen an sich niet, maar wat wel leuk is: heel veel poesjes tegenkomen, sowieso buiten zijn, bij mensen naar binnen kijken, merken dat je conditie verbetert, Oegstgeest ontdekken, meer chocolade kunnen eten.
Heb je wel goede schoenen van 250 euro? Nee, want ik doe het nog maar net, dus daar ga ik mijn geld niet aan uitgeven.
Heb je wel goede sportkleding of loop je in je relaxbroek? Ja en natuurlijk loop ik niet in mijn relaxbroek, want hardlopen is niet relax.
Ben je al flauwgevallen? Nee.
Wat is het ergste? De pijn/kramp in mijn zij en in mijn kuiten.
Haat je Evy al? Nog niet. Ze is nog steeds erg fier op mij.
Ga je nu de marathon van New York lopen? Hahahahaha.
Je gaat er toch niet elke week over bloggen? Ik was het niet van plan, alleen als ik er iets origineels van kan maken, maar dat is moeilijk met tienduizenden hardloopblogs.
Ik heb het gevoel dat je bent veranderd… Ach, houd je mond joh.
Dus kom maar op met de jebenthypocriet-reacties! (je mag me uiteraard ook gewoon aanmoedigen en complimenteren)