Een aantal jaar geleden, geen idee wanneer (meer dan drie jaar in ieder geval) was er een reclame op tv. Ja, nogal schokkend, ik weet het. Toen waren er al reclames op tv. Maar dit was niet zomaar een reclame. Ik weet niet meer precies hoe hij ging en waar hij van was (één of ander koffiemerk?), maar het speelde zich geloof ik op een kantoor af.
Het ging zo: het woord ‘koffie’ mocht niet gezegd worden. Elke keer dat iemand het toch zei, moest er geld in de pot gedaan worden. Verder kan ik me herinneren dat ze een foto van Kofi Annan lieten zien en vroegen wie het was. Het antwoord? ‘Koffie, eh… Kofi Annan.’
Nu moeten jullie weten, ik kom uit een nogal gek gezin (‘Nou, dat had ik echt niet verwacht joh, Laura. Je bent zelf echt doodnormaal.’). Wij doen altijd rond zeven/acht uur koffie (eigenlijk spelen ik en mijn broertje vals, want wij drinken thee), wat op zich nog niet heel gek is. Maar nadat we die reclame hadden gezien, besloten wij hetzelfde te doen.
Het woord ‘koffie’ was uit den boze. Zei je het toch? Kom maar op met dat geld!
Hoe lang we het volhielden, weet ik niet. Ik weet wel dat ik het niet vaak zei (duh, zo gek ben ik nou ook weer niet). Uiteindelijk hadden we aardig wat geld bij elkaar gespaard (als je na gaat, dat elke keer als je het zei, je iets van tien cent moest betalen). Wat we ervan gekocht hebben?
‘Koffiebonen?’
Nee. Bonbons.
Kom jij wél uit een normaal gezin?