Laura beroept zich: Arjan de geschiedenisleraar

Laura beroept zich is een serie waarin ik een aantal mensen interview (in real life, dus niet over de mail, dat kan wel gebeuren, maar dan zet ik het erbij) over hun beroep. Dit gaat van machinist tot fotograaf. Deze keer: Arjan de geschiedenisleraar!

***
Arjan is niet zomaar een geschiedenis leraar, nee, hij was mijn geschiedenis leraar op de middelbare school. Ja, dit is de man die mij een 9,5 gaf voor mijn pws.  Arjan heeft ook gestudeerd in Leiden, namelijk de studie Geschiedenis (goh, echt waar?). De vraag was echter daarna: wat nu te doen?

Het onderwijs in

Arjan vond studeren (en het studentenleven) zo leuk dat hij besloot er nog een master aan te plakken: hij haalde zijn onderwijsbevoegdheid. Hij begon echter niet meteen als leraar, maar werkte eerst bij een milieukundig en archeologisch onderzoeks- en adviesbureau. Hij had het daar echter niet echt naar zijn zin. Hij bedacht: ik heb die onderwijsbevoegdheid nu bijna twee jaar, als ik er nog iets mee wil doen, dan moet ik het nu doen.
Zo gezegd, zo gedaan. Hij begon op een school in Gouda. Hij had een vreselijk rooster (het 6e en 7e een blokuur havo-vier en daarna een blokuur mavo-vier). Toen hij vertrok uit Gouda kreeg hij van twee collega’s een doosje sigaren: ze hadden gewed dat hij het tot de herfstvakantie zou volhouden. Hij heeft het hele schooljaar overleefd.
Daarna is hij overgestapt op mijn oude middelbare schooltje, waar hij nu, met plezier, meer dan acht jaar werkt.
Hij moet er echter niet aan denken om alléén maar les te geven. Naast doceren heeft hij ook meegewerkt aan lesboek voor de onderbouw, schrijft hij artikelen en werkt hij mee aan onderzoeken.

Juli en Augustus

Een bekende grap is dat de voordelen van docenten zijn: Juli en Augustus. Arjan ziet ook nog andere voordelen.
Het is heel afwisselend werk, elk uur heb je een andere klas voor je neus. Wat hij ook heel leuk vindt, is als een ex-leerling van hem geschiedenis gaat studeren.
Een nadeel is dat het soms mentaal zwaar kan zijn. Elke nieuw groep tast zijn grenzen af, kijkt hoe ver hij kan gaan.
En als leraar heb je geen standaard veertigurige werkweek. Vaak ben je ’s avonds en in het weekend nog bezig met toetsen maken of nakijken en de les voorbereiden.

Een lekker lui leven

Als leraar krijg je ook te maken met een aantal vooroordelen. Eén daarvan is dat mensen denken dat je een lekker lui leven leidt, altijd om drie uur klaar bent en veel vrije dagen hebt. Natuurlijk klopt dat voor een gedeelte, Arjan heeft drie maanden vakantie, maar net als iedere andere werknemer werkt hij ongeveer 1650 uren per jaar. Alleen wordt dat bij de meeste mensen verdeeld in elf maanden, terwijl Arjan het in negen maanden moet proppen.
Een ander vooroordeel is dat je alleen maar lastige pubers hebt. Maar  met 95% van de leerlingen is niets aan de hand, dus dat klopt ook niet. Natuurlijk zitten er wel eens leerlingen bij die het bloed onder je nagels vandaan halen, maar dat is een zeldzaamheid.

Geschiedenis is als autorijden

Veel leerlingen hebben het al verzucht: geschiedenis is saai en je hebt er niets aan. Om aan te geven dat dit niet klopt, gebruikt Arjan autorijden als parallel.
De tijdbalk is een snelweg, waar we steeds sneller overheen gaan. Maar geen enkele weg is volkomen kaarsrecht, dus ook de weg waar de samenleving of jijzelf overheen gaat niet. Soms moet je uitvoegen of ergens rechtsaf gaan. Tijdens rijlessen leer je: binnenspiegel, buitenspiegel, over de schouder. Je kijkt dus steeds achter je.
En dat doe je in de geschiedenis ook. Als je een bepaalde richting op wil met je eigen leven of een samenleving, dan kijk je naar wat er al gedaan is en vooral naar de fouten, opdat jij niet dezelfde fouten maakt.
En bij geschiedenis leer je dus de vaardigheid om te analyseren. De belangrijkste principes van geschiedenis zijn: het verleden is anders dan het heden, maar het heden komt wel voort uit het verleden. En je kunt het verleden niet beoordelen en vooroordelen met de blik van nu.

Zelf heb ik geschiedenis altijd een leuk vak gevonden, maar ik snap mensen wel die het saai vinden. Daarom vind ik Arjans uitleg door geschiedenis te vergelijken met autorijden erg interessant. Denk daar maar aan de volgende keer dat je een proefwerk geschiedenis hebt ;)

(Wil jij zelf geïnterviewd worden of ken jij iemand met een interessant beroep? Mail dan naar laura@lauradenkt.nl Interessnat vind ik bijvoorbeeld: een kunstenaar, iemand die werkt met ouderen, een dokter/tandarts etc. Overigens bedoel ik geen bijbaantjes!)

Bijles: Laura’s manier om de wereld een betere plek te maken

Al een aantal jaar maak ik de wereld een stukje beter door bijles te geven. Dit doe ik, omdat ik een goed mens ben en mijn steentje bij wil dragen (nee, dat ik er veel euro’tjes aan verdien heeft er natuurlijk níets mee te maken). Helaas wordt dit niet altijd gewaardeerd.

Het is begonnen op de middelbare school. Ik was daar bekend als moeder Theresa en werd daarom gevraagd om bijles te geven (ik kwam erachter dat je veel geld kon verdienen met bijles en ben het daarom gaan doen). Welwillend als ik ben, nam ik deze dankbare taak op me.
Bijles geven is vervelender dan je denkt. De bijleskindjes waren namelijk niet zo welwillend. Ik kreeg twee jongetjes uit 1-vmbo, aan wie ik Engels bijles moest geven. Aan de vele keren dat ze niet op kwamen dagen en het gebrek aan inzet was te merken dat ze hier overduidelijk niet zelf voor hadden gekozen. Wat ouders hun kroost allemaal niet aan doen, het is toch werkelijk verschrikkelijk.
Ook voor mij was het niet één van de makkelijkste klusjes. Geloof me, na tachtig keer vertellen dat ‘but’ ‘maar’ betekent, ben je het ook wel zat. Gelukkig kwam daar het einde van het jaar in zicht.

Ook in de zesde zette ik mijn taak als wereldverbeteraar voort (wel jammer dat de belastingdienst erachter kwam dat het zwart betaald werd en ik opeens drie euro minder ging verdienen per uur). De bijleskindjes van vorig jaar hadden het gebeuren niet overleefd. Sinds de zomervakantie heeft niemand (in ieder geval ik)  meer van hen vernomen. Ik kreeg een aantal nieuwe bijleskindjes. Eén van hen is nooit komen opdagen en ik ben nog altijd op zoek naar hem. Bel me, als je hem gevonden hebt.
De andere bijleskindjes begrepen gelukkig wel dat ‘but’ ‘maar’ betekent, ook al maakt dat niet uit, want ik gaf Duits en geschiedenis bijles. Geschiedenis? Zult u vragen. Ja. Bijles geven in geschiedenis is mogelijk. Ik ben daarvan het levende bewijs.
Het jaar sukkelde voort. Soms sneuvelde een bijleskindje, maar er kwam altijd weer eentje voor in de plaats. Toen ik de laatste punt had gezet op mijn Grieks examenblad, kwam de paniek.
Heeft mijn leven nog wel zin zonder bijles?

Ik vond mijn redding in één van de informatieblaadjes die ik tijdens de EL-CID (introductieweek in Leiden) gekregen had. Studentsplus. Studenten geven bijles aan scholieren.

Sindsdien huil ik mezelf niet meer in slaap. Ik ben gelukkig (mijn bankrekening ook).