De ciao-zeggers

Ik heb een broertje, dat is algemeen bekend. Met mijn broertje voer ik diepgaande gesprekken heb ik vaak van dit soort gesprekjes:

‘Colin!’
Stilte (hij zit op zolder, vandaar).
‘Colin!’
Immense stilte.
‘COLIN!’
‘Ja?’
‘Ik ga.’
‘Oké, ciao.’
‘Ciao.’

Waar het hier om gaat, is niet de (immense) stilte of het feit dat mijn broertje Colin heet met ÉÉN L dus en niet twee (zoals heel veel mensen denken). Het gaat om het ciao zeggen.

Wij, mijn kleine broeder en ik, zeggen bijna nooit doei. Doei, dat is voor losers en dat zijn wij overduidelijk niet. Misschien hebben we ergens verborgen Italiaans bloed (is mijn vader wel echt mijn vader?). We houden ook van ijs en pasta, dus het zou best kunnen. Of misschien is het codetaal voor yeszeiswegnukanikmijnmuziekhardzetten. Het kan natuurlijk ook ohshitzeiswegikgahaarzosuperergmissen betekenen, maar die kans, lieve mensen, is héél erg klein.

Mijn broerTJE en ik, wij zijn echte ciao-zeggers. En het zal altijd een mysterie blijven welke van de drie bovenstaande opties de diepere betekenis hierachter is.

Ciao!

Laura’s gedichtenkeuze: Marc de Bel – Als je ’t maar weet

Door mijn studie literatuurwetenschap kom ik natuurlijk veel in aanraking met literatuur, maar ook met poëzie. Daarom laat ik jullie af en toe kennis maken met een gedicht dat ik mooi, ontroerend of bijzonder vind.

Als je ‘t maar weet

een rups heeft meer dan 2000 spieren,
thee van duizendblad is goed voor de nieren,
de Dode Zee is 7 keer zouter dan de oceaan,
de Apollo 12 landde op de maan,
de tonijn behoort tot de familie van de makrelen,
in Griekenland ontstonden de Olympische Spelen,
Boedapest ligt aan de Donau,
en ik, ik hou van jou.

onze hersenen bestaan voor 80 procent uit water,
een mannetjeskat is een kater,
in 1945 viel de eerste atoombom,
bananen zijn wel degelijk krom,
de Friezen noemen een meeuw een knau,
en ik, ik hou van jou.

er zijn 72 letters in het Cambodjaanse alfabet,
neanderthalers sliepen niet op een waterbed,
een troepiaal leeft op Curaçao,
en ik, ik hou van jou.

schildpadden hebben geen haar op hun tanden,
Leonardo da Vinci liep graag op zijn handen,
ijsberen hebben zelden last van de kou,
en ik, ik hou van jou.

en ik, ik hou van jou,
ik hou van jou.

©Marc de Bel

Ik vind het zelf best moeilijk om tegen iemand te zeggen dat ik van hem/haar houd. Bovendien is er maar een select gezelschap voor wie deze woorden bestemd zijn. Het gevoel dat achter deze zin zit, kan ik niet omschrijven. In geval van familie is het iets vanzelfsprekends en weet ik niet hoe het is om níet van ze te houden. In geval van anderen is het een gevoel dat groeit naarmate ik ze beter leer kennen.
Misschien vind jij het ook moeilijk om te zeggen dat je van iemand houdt. Een leuke manier om het toch te laten weten is door een leuke kaart te kopen en dit gedicht erop te schrijven. Dat zal zeker voor een glimlach zorgen!