Annie, houd jij mijn tassie even vast

Soms heb ik obsessies. Niet snel angstig wegklikken, want het zijn geen enge obsessies. Denk aan Game of Thrones. Tijdens het laatste seizoen (en het seizoen ervoor en daarvoor etc.) had ik een vast ritueel. Op maandagochtend keek ik de nieuwe aflevering en daarna ging ik meteen door naar Buzzfeed om alles te lezen wat ik zelf had gemist. De rest van de week bleef ik maar klikken op Facebookberichten met allerlei theorieën. Heerlijk.

Maar toen was het seizoen afgelopen en mijn leven weer leeg. Ik had geen zin in nieuwe series, want niets kon hieraan toppen.

Toen bedacht ik me dat ik van lezen hield. En zag ik een boek in de kast staan: Anna van Annejet van der Zijl.

Ik wist niet dat je biografieën zo leuk kon vinden dat je maar door bleef lezen (want veel spoilers zijn er niet, zoals bij Game of Thrones). Naast het boek keek ik ook weer naar de serie Annie M.G., luisterde ik eindeloos de liedjes en zocht ik gedichten op. Annie werd mijn spirit animal, want ze is het bewijs dat niet alles goed hoeft te komen op je 26e en ik weet zeker dat ik net zo’n gemeen omaatje word als zij. Maar het boek gaat op een gegeven moment uit, de serie is afgelopen en de liedjes zijn al honderd keer beluisterd. Ik kom toch niet weer in dat lege gat?

Gelukkig ga ik in december naar de musical.

Volwassen zijn is soms wel een feessie

Vroeger moest ik uiteraard mee naar alle verjaardagen, want toen beseften mijn ouders nog niet dat ik de baas ben. Nu is dat niet zo leuk als je introvert en verlegen bent. Slim als ik was, nam ik altijd een stapel boeken mee. Dit hield namelijk alle vragen tegen (‘Hoe gaat het op school?’ keer duizend) en zo ging de tijd lekker snel. Ondertussen toastjes eten en gesprekken afluisteren en ik was een tevreden kind.

Helaas is het als volwassene niet meer sociaal geaccepteerd om boeken te lezen tijdens verjaardagen. Je mag niet eens te lang de kat des huizes aaien en er worden nóg vervelendere vragen gesteld (‘Hoe gaat het met de studie?’ ‘Wat kun je daar eigenlijk mee worden, filosofie?’ ‘Heb je al een nieuwe vriend?’). Zelfs de hapjes zijn niet meer zo’n feest als toen, want nu moet je letten op wat je eet.

Gelukkig hoef ik daar op mijn eigen verjaardag niet bang voor te zijn. Mijn vrienden aaien Dikkie om de beurt, bekijken mijn boekenkast (ik heb er nu trouwens twee, eat your heart out, Belle!), stellen originele vragen (ik probeer nu heel erg hard zo’n vraag te bedenken, maar er komt niets in me op, oeps) en eten m&m’s. Als ik zou willen, kon ik zo tijdens het feestje een boek lezen.

Oké, misschien is volwassen zijn soms toch wel beter.

Why I love this book: Helene Wecker – De golem en de djinn

‘Je MOET De golem en de djinn lezen.’ riep ik al weken naar mijn collega’s bij mijn stage. Ik gaf het boek cadeau aan een paar vriendinnen en raadde het iedereen aan. Nu wil het toeval (of niet) dat Janinke één van die collega’s was en ook voor Why I Love This Book ging werken. Blijkbaar was mijn enthousiasme toch nog ergens goed voor, want ze vroeg of ik er een filmpje over wilde opnemen.

Allereerst het concept Why I Love This Book. Het is bedacht door Marc Barteling en eigenlijk heel simpel: vertel in één minuut (ik hield me niet aan de regels en deed er wat langer over) waarom je een bepaald boek zo goed vindt. Het gevolg is dat je je nooit meer af hoeft te vragen welk boek je nu weer moet lezen (niet dat ik dat ooit heb trouwens), omdat de tips je al tegemoet komen.

Nou, jullie zijn natuurlijk superenthousiast geworden van mijn filmpje waarin ik eruit zie als een twaalfjarige en heftig met mijn ogen knipper (bleek door mijn lenzen te komen, ik dacht al: wat knipper ik veel, maar ik heb dus de verkeerde grootte lenzen). Niet getreurd als je een arme pleb bent, want je kunt hem namelijk gewoon winnen!

Klik hier om te kijken wat je moet doen en mocht je gewonnen hebben: vertel me dan vooral wat je van het boek vindt :)

(Dit filmpje was trouwens ook in het kader van ‘enge dingen moet je doen, want dat is goed voor je’) (ik wil geen presentatrice worden geloof ik)

(Oh en ook wel goed om te melden: dit is allemaal op vrijwillige basis, dus ik kreeg er niet voor betaald ofzo) (was het maar zo’n feest) (als je heel veel medelijden hebt, wat ik goed kan begrijpen, mag je me geld sturen)

De beste verslaving die er is

wauwie
Doe mij deze boekenkast maar (is bij mijn oude stage).

Je weet dat je boekverslaafd bent als je:

– Niet meer weet waar je al die boeken moet laten (maar no way dat je ze weg doet!).
– Je salaris eerst besteedt aan boeken en dan pas aan je huur.
– To read-list meer pagina’s beslaat dan de Bijbel.
– Vroeger op verjaardag niet sociaal deed, maar alleen aan het lezen was (kan ik nu helaas niet meer doen, wordt niet geaccepteerd).
– Al lopend leest, want je MOET weten hoe het hoofdstuk afloopt.
– Een boekenkast wil zoals in Belle en het Beest.
– Geen dag zonder lezen kan, al is het maar de achterkant van de shampoofles.
– Iedereen om je advies vraagt.
– Altijd aan het maximale aantal boeken dat je kunt lenen zit bij de bibliotheek.
– Meer dan één boek per week leest.
– Literatuurwetenschap hebt gestudeerd.

Lezen in de trein

Als ik mensen in de trein een boek zie lezen, vind ik ze meteen een stuk aardiger. Vaak probeer ik dan heel sneaky te kijken welk boek ze lezen en als ik het ook ken, denk ik: ‘Zal ik er iets over zeggen? Of mag ik ze niet storen? Of is dat sowieso heel raar?’

Ook ik lees in de trein een boek, want, nou ja, duh. Laatst zat ik een enorm roze boek te lezen (‘De dag dat ik doodging’ van Tania Bongers), waar ik me wel een beetje voor schaamde, want nou ja, roze. Sinds ik de lichtroze muren van de vorige bewoner wit moest verven toen ik ging verhuizen, heb ik er zo mogelijk een nog grotere hekel aan gekregen.
Goed, dat boek dus. Naast mij ging een vrouw zitten, zo’n zweverig typje met kort haar, zo’n jasje met verschillende stukjes vierkanten stof (die je in van die wierookzaakjes kunt kopen). Ik ben zo nuchter als wat, dus daar kan ik sowieso niet zo goed tegen, maar wat deed ze?  Ze boog zich helemaal naar voren, richting mij en probeerde te kijken welk boek ik aan het lezen was. Stoïcijns las ik door, maar van binnen schudde ik heel hard met mijn hoofd.
Les één van het voyeurisme: zorg ervoor dat het bekeken object het niet merkt.
Ze deed het nog een paar keer, maar no way dat ik liet merken dat ze zich ook maar een centimeter bewoog en uiteindelijk gaf ze het op.

Het kan ook gewoon goed gaan. Vandaag was ik ‘Kind onder kannibalen’ van Charles Bukowski aan het lezen en een man sprak me, in het Engels, erover aan. Dat die Bukowski raw schreef, maar wel goed en enjoy het lezen. Hij was geïnteresseerd, maar niet té en mijn Engelse uitspraak was gewoon in één keer goed, terwijl ik normaal van de omschakeling ga stamelen.

Misschien moet ik de volgende keer ook maar iemand aanspreken die een goed boek leest.

Lauradenkt.nl bestaat drie jaar! (+ winactie)

Eggers - De Cirkel (fel)rp_Half-zwart2_zps0503716b.jpg9200000015511803

Jaaaa, mijn blog bestaat over een kwartier (24 maart) drie jaar! En daar gaan jullie van profiteren! Ik mag, namens mijn stageplaats Dutch Media Books, drie boeken verloten.  Ik heb gekozen voor de boeken die ik zelf heeeel goed vind en waarvan ik hoop dat jullie dat ook vinden.

1. Dave Eggers – De Cirkel (Uitgeverij Lebowski).
Hoe zou de verdere ontwikkeling van internet en social media eruitzien? Hopelijk niet zoals Dave Eggers beschrijft in De Cirkel. Lees  hier wat ik van het boek vond.

2. Sally Green – Half Zwart (Uitgeverij Moon).
Nathan is het kind van een witte én een zwarte heks. Dat wordt niet geaccepteerd in de wereld waar witte heksen de ‘goeden’ zijn. Meer weten? Lees deze blog die ik er laatst over schreef.

3. Markus Zusak – De Boekendief (Uitgeverij The House of Books).
Deze komt de verfilming van dit boek uit, maar je kunt beter eerst het boek lezen. Het verhaal wordt verteld door De Dood en gaat over de tijd voor/tijdens de Tweede Wereldoorlog. Het pleegkind Liesel begint interesse te krijgen in boeken, terwijl om haar heen de oorlog dood gaat. Wat voor gevolgen dat heeft? Doe mee met de winactie zou ik zeggen en kom erachter!

Het enige dat je moet doen om kans te maken, is hieronder reageren. Iedereen mag meedoen (behalve medewerkers van Dutch Media Books en vervelende mensen)! Laat wel even weten welk(e) boek(en) je graag zou willen winnen. Over een week kies ik de winnaars uit, die van mij een mailtje zullen ontvangen. Vul dus een geldig e-mailadres in, anders gaat je prijs naar iemand anders. Succes!

(je krijgt bovendien gratis karmapunten als je me feliciteert)

Mijn eigen oude bibliotheek

Op maandagavond had ik pianoles met mijn beste vriendin. Daarna wachtte mijn moeder me altijd op in de bibliotheek, die zich in hetzelfde gebouw bevond. Ik leverde de boeken van de vorige week in (minstens vijf) en ging op zoektocht naar nieuwe.

Door mijn moeder belandde ik bij de bieb. Ik begon bij de vierkante, rode Sleutelboekjes (hebben jullie die ook gelezen vroeger?) en ging daarna over naar de echte kinderboeken. Het was geen enorme bibliotheek, dus veel boeken las ik meerdere malen. Ik griezelde bij de boeken van Paul van Loon, lachte om meester Jaap en bloosde bij boeken als ‘Zoenen enzo’ van Haye van der Hayden.

Op verjaardagen van familie deed ik niet aan small talk, want daar was ik te verlegen voor. Naast me lag een stapel boeken en oh wee als je me aansprak.

Inmiddels ben ik wel wat socialer geworden en bloos ik niet meer als personages gaan zoenen. Bij de bibliotheek van mijn geboortedorp ben ik al jaren niet meer geweest en dat zou ik eigenlijk ook niet meer willen: herinneringen zijn beter. De indeling is veranderd, de boeken die ik las zijn weg, de medewerkers herkennen mij niet meer en ik denk er liever aan terug zoals het was.

Maar later, als ik groot ben, neem ik mijn kinderen mee naar de bibliotheek. Ze mogen zoveel boeken uitkiezen als ze willen en ik doe net alsof ik dat ene boek over zoenen niet zie. Soms, als ze niet kijken, sluit ik mijn ogen en denk aan mijn eigen oude bibliotheek, om alleen opgeschrikt te worden door een: ‘Mam, ik heb de boeken, zullen we gaan?’

Van niets naar iets

In december ben ik gestopt met de master Algemene Cultuurwetenschappen aan de UvA. Nu zul je misschien zeggen: ‘Maar Laura, waarom heb je ons dat niet verteld?’

Ik zal allereerst uitleggen waarom ik gestopt ben. De studie viel tegen en ik haalde onvoldoendes. En dat is gek, want hoewel ik geen streber qua cijfers ben, heb ik in mijn universitaire carrière niet veel onvoldoendes gehaald. Dat zei wel genoeg en aangezien de tijd om die onvoldoendes op te halen beperkt was en ik het niet zag zitten, ben ik gestopt.

Hoewel het de goede keuze is geweest om te stoppen, was het moeilijker dan ik had gedacht. Je beseft pas hoeveel een studie betekent als het er niet meer is. Ik was op zoek naar een stage, maar in de tijd dat ik die nog niet had, voelde ik me een beetje verloren. Je ontleent je identiteit aan het student-zijn. Ik was niets. Geen student, geen werkende (ik heb wel een klein bijbaantje, maar dat mag geen naam hebben), geen werkloze, niets. Als mensen vroegen: ‘Wat doe je?’ wist ik niet wat ik moest antwoorden, want er was geen groter geheel, geen rode draad.

Ik kan pas in september weer beginnen met een (pre-)master. Daar heb ik nog geen beslissing over genomen, maar misschien wordt het filosofie. Wat moet je dan doen in de tussentijd? Het plan was sowieso om in 2014 een stage te doen en dus begon ik met die zoektocht. Dat was niet makkelijk, want veel stages begonnen in januari en daarvoor was ik te laat.

De reden dat ik dit nu allemaal vertel, is omdat ik nu wél goed nieuws heb! Ik ga in maart aan een heeeeeeele toffe stage beginnen, namelijk een stage PR & Marketing bij Dutch Media Uitgevers. Dat bedrijf heeft vier uitgeverijen (Lebowski, Moon, Mistral en Carrera) en dat betekent dat ik me vier dagen in de week, voor vijf maanden lang, tussen de boeken mag begeven. Ik ben echt superblij dat ik dit mag gaan doen en kijk er dan ook heel erg naar uit.

Vanaf maart ben ik niet meer ‘niets’. Dan ben ik een stagiaire!

De stalker van mijn moeder

Liesje (zo heet mijn moeder niet echt, maar laten we het daar maar op houden) ging met haar allerliefste (en enige) dochter naar het boekenfestijn in Ahoy, Rotterdam. Ze had er zin in. Wellicht vond ze dit jaar wél iets van haar lijstje met boeken (nee). Uitgelaten pakte ze een mandje, zwaaide haar dochter gedag die de andere kant op ging en dook in de boekenwereld.

Ze liep langs rijen vol boeken, het ene tafeltje na de andere, totdat ze iets geks merkte. Een vrouw met een rode blouse aan, had ze die net niet al gezien? Nou ja, niet boeiend, het nieuwe boek van Baldacci is interessanter. Liesje pakte boek na boek op, stopte er af en toe één in het mandje (maar geen Baldacci) en keek af en toe om zich heen.

Alsjemenou.

Wéér die vrouw met dat rode blousje. Dat was wel toevallig. Oké, ze deed een test. Liesje liep naar de computerboeken toe (ze wist niet eens hoe Facebook werkte, dus het was een onwaarschijnlijke keuze) en ja hoor, de vrouw ging haar achteraan! Zo zigzagde Liesje langs de boeken, van de sprookjesboeken naar de thrillers, met telkens weer de vrouw met het rode blousje achter zich aan. Ze bekeek de vrouw nog eens goed, maar nee, ze herkende haar nergens van. Was die vrouw lesbisch? Of van de FBI? Wat ze ook was, dit stalken moest maar eens ophouden.

Liesje draaide zich om en deed haar mond al open, toen de vrouw zei: ‘Mevrouw, mag ik u wat vragen? Waar heeft u dat luchtje vandaan, u ruikt zo lekker!’
Perplex bleef Liesje staan en zuchtte toen opgelucht. Geen stalker. Alleen weer de zoveelste liefhebber van haar parfum.*

*Echt gebeurd. Oké, de details heb ik zelf verzonnen, misschien had die vrouw geen rode, maar een blauwe blouse aan. Maar toch.

De citatenoogst (5)

De afgelopen tijd en ook daarvoor en ook daarvoor etc. heb ik boeken gelezen (‘Dat meen je niet.’ Ja echt waar). En in die boeken staan dingen (‘Nu ga je te ver.’) en sommige citaten wil ik met jullie delen.

1. Connie Palmen – I.M.

Heel mooi boek over een liefde die ik niet goed kan begrijpen, maar daarom des te interessanter is.

Schrijvers, acteurs, entertainers, dansers, dichters en hoeren, ze begeven zich allemaal op het immense podium waar de wet van het alsof regeert. Ze doen dit omdat alleen het alsof hun de mogelijkheid biedt om de waarheid te zeggen. Op het podium van de fictie is de onthulling van de waarheid niet bedreigend of teleurstellend, want fictie maakt de schrijver en de speler onaantastbaar, juist omdat ze de pretentie van de waarheid hebben laten varen. 

Veel stukken gaan ook over het schrijven zelf, waaronder deze. Ik had hier nooit over nagedacht, maar het is wel zo. Je kan als schrijver doen alsof en dat is het fijne eraan.

2. Toine Hermans – Op zee

Dit is echt een geweldig boek. Het is heel simpel geschreven, maar toch zit er een diepere laag achter. Bovendien wordt het boek ondersteund door hele mooie tekeningen. Een aanrader!

Maria is een stevig kind. Ik heb haar niet vaak angstig gezien. In elk geval kent ze geen volwassen angst, die kan knellen om je hoofd. Kinderangst is anders. Die is eenvoudig te verjagen. Als een lamp die je aan- en uitknipt; je zingt een liedje of verzint een verhaal, dan moet ze lachen en slaapt ze in.
Echt bang word je later pas. 

Dit zette me aan het denken over hoe ik vroeger was. Inderdaad kun je als kind wel bang zijn, maar als volwassene is bang zijn heel anders, meer realistisch. Het gaat niet zomaar weg.

3. John Green – The fault in our stars

Ik was natuurlijk de laatste persoon op aarde die een boek van John Green las, maar ik heb het gedaan. En ik heb er absoluut geen spijt van. Ik wil meer lezen!

AUTHOR’S NOTE

This is not so much an author’s note as an author’s reminder of what was printed in small type a few pages ago: This book is a work of fiction. I made it up.
        Neither novels or their readers benefit from attempts to divine whether any facts hide inside a story. Such efforts attack the very idea that made-up stories can matter, which is sort of the foundational assumption of our species.
        I appreciate your cooperation in this matter. 

Dit staat in het begin van het boek en daar ben ik heel blij mee. Het heeft iets te maken met mijn scriptie en ik ga dit waarschijnlijk ook als motto gebruiken. Maar daar horen jullie wel meer over als hij af is!

4. Tessa de Loo – Verraad me niet

Ik las dit boek en dacht in eerste instantie dat ik een kinderboek/young adult-boek aan het lezen was. De taal is eenvoudig en het verhaal ook. Wat het echter leuk voor mij maakte, waren de filosofisch-achtige gedachten die erbij zaten. Deze komen overigens van een jongen van dertien.

Maar was het niet beter het wel te weten? Dat was de grote vraag die zich aan hem opdrong. Was het beter een waarheid te kennen die je ongelukkig maakte, dan tevreden te leven in bedrieglijke onwetendheid? Dit filosofische vraagstuk ging ver boven zijn macht en hij wierp zich van zijn ene zij op de andere zonder een antwoord te vinden.

Dat is een lastige. Zelf denk ik dat ik liever voor het eerste ga. Het is vreselijk om er later achter te komen dat iemand tegen je heeft gelogen.

Die vanzelfsprekendheid waarmee hij zich altijd aan de slaap had overgegeven, was spoorloos verdwenen. Er stond nu een wachter aan de poort van slaapstad, die streng selecteerde wie naar binnen mocht en wie niet. Meestal waren het vooral oude en zieke mensen die niet toegelaten werden, maar sinds kort wist Michiel dat er een derde categorie was, die van de tobbers. 

En deze, omdat hij zo herkenbaar is. Piekeren is niet fijn.

Stuk voor stuk aanraders, dus hoppa, lezen jij!