Laura’s brieven: Laura en Lifesplash

Negenenveertig mensen wilden graag een brief van mij ontvangen. Die brieven schrijven is dan ook wat ik de komende tijd ga doen! Het zijn niet alleen bloggers, maar ook onbekenden of familie. Ik stel vragen (nieuwsgierig als ik ben) en zij geven antwoord!

Laura

Laura heeft een hamster die ‘Kindje’ heet, zeg nou zelf, geweldige naam! Binnenkort vertrekt ze naar Noorwegen, wat ik erg gaaf vind. Ze wil als Tifa naar de Elf Fantasy Fair (ook een aanrader om een keer naar toe te gaan), maar who the f is Tifa? Hieronder het antwoord!

Tifa is iemand uit het spel Final Fantasy, geen wonder dat ik niet wist wie het was haha. Heel gaaf dat Laura ook een keer verkleed ging als Bellatrix Lestrange. Leuke brief! :)

Lifesplash



Dit twaalfjarige meisje heet natuurlijk niet echt Lifesplash, maar vanwege privacyredenen vroeg ze of ik haar zo wilde noemen. Zoals al ik al zei, is ze twaalf, maar ze heeft nu al een goedlopende blog en ze komt absoluut ouder over. Ze is erg creatief en dat merkte ik ook bij het antwoord.


Een lieve beer die een snor en een brilletje heeft gekregen!

En ze heeft er iets heel leuks van gemaakt! Aan de linkerkant heeft ze mij getekend met mijn vragen en aan de rechterkant zichzelf en de briefjes opgevouwen met haar antwoord. Het werd een beetje lastig om zo alle antwoorden te laten zien, dus typ ik ze uit:

Laura: ‘Alles goed?’
Lifesplash: ‘Ja hoor, en met jou?’ (Om maar meteen antwoord te geven: ja, met mij ook!)
Laura: ‘Waarom ben je begonnen met bloggen?’
Lifesplash: ‘In het verleden had ik al enkele blogpogingen gedaan. Maar na 2 weken stopte ik vaak al. Pas kreeg ik weer schrijfkriebels en een enorme motivitatieboost! Het is geweldig om te bloggen en mijn passie te delen met anderen.’
Laura: ‘Denk je erover na wat je op je blog zet in je de zin van: zorg je ervoor dat je niet te persoonlijk wordt?’
Lifesplash: ‘Ja, ik wil graag privacy en ben bewust van de gevaren van internet. Ik zet niet zomaar alles erop.’
Laura: ‘Wie in jouw omgeving weten van jouw blog?’ 
Lifesplash: ‘Mijn hele familie, wat kennissen en vriendinnen.’
Laura: ‘Ik las op je blog dat je half Chinees bent. Welke tradities/gebruiken krijg je uit huis mee?’
Lifesplash: Niet echt, ook al merk ik soms wel cultuurverschillen. Maar we eten wel vaak typisch Chinees en vieren Chinees Nieuwjaar.’
Laura: ‘Kun je Chinees praten en schrijven?’
Lifesplash: ‘*Chinese tekens die ik niet kan reproduceren* Dat is hallo, haha! Ja, ik kan ’t ’n beetje/wel redelijk.’
Laura: ‘Ben je eigenlijk wel eens in China geweest?’ 
Lifesplash: ‘Ja, 2x volgens mij. We zouden dit jaar weer gaan, maar dat kan niet door gaan. Dus wordt ’t volgend jaar. Ik kijk er nu al naar uit! Nou, dit was ’t dan :) Ik heb nu 1 vraag voor jou: wat vond je van de brief? Doei! *zwaai* 
P.S. Mijn pen deed raar… zoals je ziet :( Liefs!

Wat ik van de brief vind? Superleuk! Ik werd er echt heel blij van, wat ontzettend origineel zeg! (no pressure voor de mensen die nog komen: alle brieven die ik krijg, zijn leuk hoor :)) Heel leuk gedaan!

(Trouwens, ik was de afgelopen twee weken in Italië. Hebben jullie me gemist? Ik hoop het niet, want dat betekent dat ik het goed gedaan heb haha)

Een kaartje uit Rotterdam (jaar onbekend): Waarde Ouders zusje en Broeders


U kunt zelfs nog klikken om het groter te maken.

Waarde Ouders zusje en Broeders

Wij hebben u kaart in den beste welstand ontvangen. Ik ga goed vooruit bij deze dokter, dus hoop ik dat ik nu wel op zal knappen. Ik heb het erg druk, ik heb niets gehoord van Tante Rien sinds verleden week, met Stien haar vrijerij is het uit en Jan heb weer een ander meisje, jullie zijn weer vlug aan de reis, u schrijf zeker wel als jullie aankomen, meer nieuws weet ik op t ogenblik niet. Ontvang alle de hartelijke groete van ons *onleesbaar* u

Liefste (?) Zoen u Dochters
Arie (?) en Margretha.
dag zus, dag, jongens.

Geweldig. Een kaartje die begint met ‘Waarde …’. Ik weet niet hoe het met jullie zit, maar zo begin ik mijn kaarten, brieven en e-mails meestal niet. Misschien toch maar doen.

Wat me opvalt, is dat ‘ouders’ en ‘broeders’ wel met een hoofdletter zijn geschreven, maar ‘zusje’ niet. Geen goede band met het zusje? Of is het, omdat ze jonger is?

Helaas is de kaartenschrijver/schrijfster ziek, want anders zou ze (ik houd het even op zij, ik weet niet, ik heb zo’n gevoel) niet naar de dokter gaan. Blijkbaar is er een goede verstandhouding met tante Rien, want een week niets horen van haar is schijnbaar heel lang. Verder worden er nog een paar roddels wetenswaardigheden uitgewisseld. De vrijerij (zullen we het voortaan zo noemen als we een relatie hebben?) van Stien is uit en Jan is de pimp van de familie/buurt, want die heeft al een ander. Dat wisten jullie nog niet he?

De familie is aan het reizen en dat is ook aan het adres te zien. Misschien op bezoek bij familie, dat de vader Frans is, want de achternaam is wel Frans.

Sommige dingen kan ik niet lezen, maar misschien kunnen jullie me helpen. Ik ergerde me trouwens wel een beetje aan het ontbreken van hoofd- en andere letters :P

Het ‘dag zus, dag, jongens’ vind ik lief :)

Wat denken jullie?

Laura’s liefdesletteren: gaatjes in de lucht

Ik wil vaker fictie schrijven en daarom heb ik dit onderdeel in het leven geroepen. Verhaaltjes over – je raadt het al – liefde. Omdat liefde fijn is. En stom. En raar. En bijzonder. Allemaal tegelijk. En vandaag: omdat er nog meer is dan alleen de romantische liefde.

***

Hoewel hij al tien jaar gepensioneerd was, waren zijn handen nog hard van de eelt. Af en toe knutselde hij iets van hout in elkaar, een zich rollend voortbewegend hondje met een touwtje eraan vast, zodat zijn kleinzoon het achter zich aan kon trekken. Of hij hing een extra plank op voor zijn dochter. Maar dagelijks schuren en timmeren was er niet meer bij. Hij schaamde zich haast voor die met aderen bedekte handen, zo grof en onbehouwen, maar zijn kleinzoon pakte hem zonder schroom met zijn eigen zachte handje beet.
Met grote ogen keek het jongetje naar de hemel.
‘Kijk opa, iemand heeft gaatjes in de lucht geprikt!’
De oude man keek naar de sterrenhemel en welverdraaid, zijn kleinzoon had gelijk: de lucht was niet egaal blauw, maar er blonk her en der een aantal lichtjes. Terwijl hij zich nog verwonderde over de gaatjes, als een oud kind, was zijn kleinzoon al met het volgende verbazingwekkende bezig. Zijn ogen waren nu gericht op de grote man naast hem wiens stevige grip zorgde voor een vredig gevoel van veiligheid.
‘Opa.’
Aan de toon hoorde hij dat het een serieuze bedoening was.
‘Je bent zo lief. Blijf je voor altijd bij me?’
Zijn stem trilde toen hij antwoord gaf.
‘Natuurlijk, jongen.’
En hij kneep nog wat steviger in het zachte handje. Maar terwijl het kind alweer vrolijk voor hem uit rende, kon de man alleen maar denken aan het onvermijdelijke.

Laura’s brieven: Annemijn en Dionne

Negenenveertig mensen wilden graag een brief van mij ontvangen. Die brieven schrijven is dan ook wat ik de komende tijd ga doen! Het zijn niet alleen bloggers, maar ook onbekenden of familie. Ik stel vragen (nieuwsgierig als ik ben) en zij geven antwoord!

Annemijn



Annemijn
 blogt en dat doet ze leuk! Op haar blog had ze gezet dat je dus je huwelijksaanzoeken kunt sturen naar haar en wie ben ik om dat niet te doen? Nu rest er nog één spannende vraag… Heeft ze ja gezegd?


ZE ZEI JAAAAAA, IK GA TROUWEN, OH MIJN GOD!

Ze weet het nog niet, maar ik heb al vliegtickets gekocht, dus dat wordt op naar Las Vegas! Ik heb ook de ringen al gekocht, namelijk snoepringen. En de trouwlocatie? Op de vuilnisbelt! Is het niet romantisch? ♥♥♥ Echte liefde is dit.

Dionne

Dionne heeft ook een leuke blog, ik vind de naam echt geniaal (perrongeluk). Ze is een beetje gek, want in plaats van gewoon hardlopen rent ze weg van zombies en noemt dat dan sporten. En ze houdt meer van honden dan van katten.

Het is niet zo groot geschreven, daarom zal ik het even uittypen:

20 juli 2012

Hoi Laura,

Het urenlange, smartelijke wachten naast de brievenbus is voorbij.
Hier is ‘ie dan eindelijk: mijn brief aan jou.

Ik vind je briefpapier trouwens heel leuk, maar ik denk dat mensen nu wel vaker zullen denken dat je een kindje bent.  Ik heb geen briefpapier. Dit papier is van mijn vriend. Het komt uit India en is ongetwijfeld van olifantenstront gemaakt ofzo. Hij heeft echt bizar veel troep uit dat land meegesleept, dus daar mag ik wel iets van gebruiken. Hij schrijft toch nooit een brief. 

Goed, je vragen: Ik heb één vriend die ‘Dio’ (Diejoow) zegt, en één die MojoDjoDjo zegt. Dat vind ik wel leuk (Oh crap, ik schrijf megascheef). Ik hoor niet vaak mijn eigen naam als iemand ‘die jongen’ zegt, want dat hoor je best vaak dus ben ik er denk ik immuun voor geworden.

 Ik heb geen föhn omdat ik er ooit één heb gekocht met mijn zusje, maar die is gepikt door mijn andere zusje. Zij heeft hem nog steeds. Bovendien heb ik heel dik en steil haar, dat als je het föhnt alleen maar pluizig en lelijk op mijn hoofd gaat zitten.

Vijf dingen die ik onthouden heb, waar je niets aan hebt:
1. Lodewijk Napoelon (die kerel die ook ‘Iek ben joellie konijn’ zei) liet altijd een koets met een min achter zijn eigen koets aanrijden, omdat hij dacht dat moedermelk een genezende werking op zijn geslachtsziekte zou hebben. Ik weet helaas niet welke. Vast syfilis. Dat was erg in toen. 
2. De Groenlandse haai heeft een soort grijptanden in zijn bovenkaak, en zaagtanden in zijn onderkaak, zodat hij zijn (meestal al dode) prooi goed vast kan houden en tegelijk in stukken kan zagen. Ziet er heel freaky uit als ze dat doen.


3. Dat een vampier lange hoektanden zou moeten hebben, klopt technisch gezien niet met de bekende ‘gaatjes-in-de-hals’-beet. Lange snijtanden zou logischer zijn. Je denkt dat esthetiek hier de doorslaggevende factor is: in *ikweetnietwaarhierstaatDionne* heeft Graaf Orlou lange voortanden, maar dat is echt geen porum. Hoektanden passen beter bij het charmante en elegante imago van de vampier.
4. Het langste – niet samengestelde – woord in het Engels is: floccinaucinihilipilification en het betekent ‘onzin’.
5. Wanneer de Egyptenaren iemand mummificeerden, maakten ze (onder andere) een van de neusgaten wat wijder en visten met een soort haaknaald de hersens eruit.

Op je kattenopmerking ga ik niet in, want dan wordt deze brief veeeel langer. Wel wil ik zeggen dat honden weliswaar niet spinnen, maar twee van mijn honden wel lachen. Steek die maar in je zak.

Met rennen gaat het momenteel niet heel goed. Al sinds ik een baby ben, heb ik last (soort afwijkinkje) van mijn heupen, en de laatste tijd is dat wat erger. Ik loop nu wel als een zombie. Sowieso lijk ik na een uurtje rennen op een zombie. Zombies zijn over het algemeen erg dom, dus ik denk niet dat ze brieven schrijven. Trouwens: in Japan hebben ze een keer een ‘echte’ zombierun georganiseerd. Dat lijkt me zo gaaf!
Mag ik jouw blog bij deze even gebruiken om te peilen of daar animo voor is? Ik wil best wel verkleed als zombie achter een gillende meute aan rennen. Dus, wie is daar voor in?
Nou, dat waren mijn antwoorden. Ik word altijd uitgelachen door mijn moeder om mijn handschrift, dus ik hoop dat je er wijs uit wordt.

Doei!

Dionne 

Hahaha geweldig! Vooral de weetjes. En ja, nu moeten jullie wel even antwoord geven op Dionne’s vraag: is er iemand in voor een ‘echte’ zombierun? Ik wil ook wel voor zombie spelen, ook al houd ik niet van hardlopen!

Laura’s brieven: Rosalie en Robin

Negenenveertig mensen wilden graag een brief van mij ontvangen. Die brieven schrijven is dan ook wat ik de komende tijd ga doen! Het zijn niet alleen bloggers, maar ook onbekenden of familie. Ik stel vragen (nieuwsgierig als ik ben) en zij geven antwoord!

Rosalie


Klikkerdeklik om het groter te maken.

Rosalie heb ik een paar weken geleden ontmoet met de stoepkrijthappening. Een ontzettend lief meisje dat erg van muziek houdt.



En ze heeft een goede muzieksmaak! De quote die ze noemt, hebben we ook nog heel groot op het schouwburgplein in Rotterdam gestoepkrijt. Overigens zat de brief in een mooie envelop, maar ik weet niet meer waar die is haha.

Robin


Ook hier kunt u op klikken.

Ook Robin deed mee met het stoepkrijten! Naast blogs maakt hij ook filmpjes en podcasts.

De brief is opgevrolijkt met leuke tekeningetjes en echt, het moet gezegd worden: wat een mooi handschrift! Wel een beetje jammer dat hij me een watje noemt, vinden jullie niet?

Laura’s brieven: Museum voor Communicatie

De afgelopen weken heb ik enorm veel brieven (twintig om precies te zijn) geschreven naar verschillende bedrijven en instanties. Daar stonden vragen in en soms ook suggesties (niet allemaal even serieus). Waarom? Omdat brieven schrijven leuk is. Omdat het kan en omdat ik benieuwd ben wie er (überhaupt) terugschrijven en wat dan precies! (Nogmaals: let niet op mijn handschrift, daar gaat het niet om!)

Vorige week had ik de schandpaal op mijn blog gezet, waartoe ook het Museum voor Communicatie behoorde. Totdat ik een reactie kreeg op datzelfde blogje:

Hoi Laura,

Dank voor je brief, we hebben ‘m zeker ontvangen en gelezen en we gingen er absoluut op reageren. Helaas kwam je brief ongeveer gelijk bij ons binnen met 560 sollicitatiebrieven die we allemaal gelezen en beantwoord hebben, daardoor zijn we helaas vergeten om te reageren op jouw brief….

We zullen het met je goedmaken! ;)

Hartelijke groet,

Vera Bartels
Museum voor Communicatie

Een week later kreeg ik dit antwoord in mijn brievenbus:

Een handgeschreven brief terug!  Ik wist niet dat het museum al zo lang bestond. Interessant om te lezen allemaal :)
De kwestie wat betreft privacy is een goede. Ik heb het uitgezocht, voordat ik met dit project begon. Je mag brieven online publiceren, zolang je de naam van de afzender er niet bij zet (je hoeft dus geen toestemming te vragen). Dat is ook de reden waarom ik (zoals sommigen al voorstellen voor een vervolgserie) geen beroemde mensen kan schrijven, omdat ik hun brieven niet online kan zetten. Ja, ik kan in de brief om toestemming vragen, maar dan is de helft van de pret er al af natuurlijk!

Naast de brief kreeg ik ook twee kaartjes voor het museum, erg leuk! Dus, degene die op mijn brief heeft geantwoord: het lijkt me gezellig om koffie te drinken. Ik zal het laten weten wanneer ik langs kom!

Wie schrijft die blijft (7): scenarioschrijver Alexandra Penrhyn Lowe

Na Laura beroept zich komt er eindelijk een nieuwe interviewserie op mijn blog: wie schrijft die blijft. In deze serie interview ik mensen die voor hun beroep schrijven, op wat voor manier ook. Denk aan een brievenghostwriter of een scenarioschrijver zoals Alexandra. Ik ben erg benieuwd wat jullie ervan vinden, ik vind het in ieder geval erg leuk om te doen!

Van journalist naar scenarioschrijver  

Na een carrière als journalist voor andere de LINDA. en de Esta volgde Alexandra Penrhyn Lowe een cursus scenario schrijven aan de Schrijversvakschool in Amsterdam. Vlak daarna raakte ze aan de praat met een producer van Nickelodeon. Hoewel ze geen ervaring had, werd ze toch aangenomen als dialoogschrijver voor de populaire kinderserie ‘Het Huis Anubis’.

De opbouw van een soapserie

Een soapserie, ook wel daily genoemd, wordt niet door één persoon gemaakt, maar met een team. Eerst komt de hoofdschrijver (of hoofdschrijvers) die de lange lijnen bedenkt, dus wat er per week gaat gebeuren. Daaronder zit de storyliner, die schrijft het treatment. Dat houdt in: wat er in een aflevering gebeurt op scène niveau, maar dan zonder de dialogen. Die worden namelijk daarna geschreven door de dialoogschrijver.

De computer als een gekooide tijger

Op de fiets bedenkt Alexandra de lange lijnen van een scenario, want dat komt meestal als ze niet aan het werk is. Maar wanneer ze daadwerkelijk begint met het schrijven, ontvouwt het zich als een film in haar hoofd die ze alleen maar hoeft te volgen. Hoewel dat goed gaat, heeft ze toch last van angsten:
‘Toen ik het eerste scenario voor ‘Het Huis Anubis’ had geschreven, moest ik huilen, want ik durfde niet te beginnen. Daardoor komt mijn uitstelgedrag. De computer wordt dan als het ware een bom die af kan gaan, een gekooide tijger. Maar deadlines helpen, want je moet wel. ‘
Maar daarna komt het verschrikkelijke wachten. Elke keer weer.

De neiging teveel te zeggen

Volgens Alexandra is er in Nederland een mooie toneeltraditie, maar minder ervaring wat betreft film. Er is vaak de neiging om alles direct te zeggen, terwijl subtekst juist belangrijk is in een scène.
‘Zo haal ik er bijvoorbeeld alle namen eruit, want dat is niet realistisch. Je noemt niet de hele tijd iemand bij de naam wanneer je met hem of haar praat.’
Als voorbeeld geeft Alexandra een scène die ze heeft geschreven voor de KRO-serie VRijland. Het speelde zich af tussen een jongen van 18 en een jongetje van 10, dat heel verdrietig was vanwege de dood van zijn moeder.
‘De suggesties die bij deze scène stonden waren veel te pathetisch. Kinderen kunnen meestal niet zo goed acteren. Dus na hard nadenken kwam ik erop om het jongetje te laten zwijgen, terwijl de jongen praatte. Dat werkte goed, het ontroerde me zelfs.’
Dat is dus een manier om de neiging om teveel te zeggen te doorbreken.

I’m a writer too!

In Nederland krijgt Alexandra de volgende vragen vaak als ze vertelt wat ze doet: ‘Als eerste: heb je wel eens wat gepubliceerd? En als tweede: kun je daarvan leven?’
In Amerika is dat echter anders, positiever. ‘Of ze zeggen dat ze het ‘awesome’ vinden of: ‘I’m a writer too!’
Daarnaast zijn er soms ook vooroordelen. Veel mensen denken dat je niets doet en bellen je dan, omdat ze met je willen lunchen of iets dergelijks.
‘Maar ik ben gewoon aan het werk, dus dat gaat niet. Daar denken veel mensen niet aan.’

Laura’s brieven: de schandpaal deel 2


Stiekem is dit een foto van de stapel brieven van vorige keer (kan de foto’s van deze keer niet vinden), maar niemand die het merkt. Toch?

(Klik overigens hier voor het eerste deel van de schandpaal)

Een paar maanden geleden schreef ik welgeteld twintig brieven. Soms kreeg ik een suf standaardantwoord terug, maar vaak ook juist hele leuke brieven.

Maar nu moeten jullie niet denken dat elk(e) bedrijf/instantie terug geschreven heeft. En dat kan natuurlijk niet. Klantenservice noemen wij dat. Vandaar de schandpaal.

Goed, wie heeft mij niet teruggeschreven:
– Venz (hagelslag).
– Museum voor Communicatie (in Den Haag).
– Eazie (waar het eten na het stoepkrijtincident plaats vond).
– Droste (chocolade).
– Van Dale (woordenboek).
– Bol.com (die kennen jullie vast wel).
-EF(organisatie voor taalcursussen in het buitenland, ik ben zelf naar Bournemouth geweest).
– Men’s Health (tijdschrift voor mannen).

Ik zal een aantal brieven eruit lichten.

Venz


Ik had een brief van de Ruijter gekregen met onduidelijke antwoorden, dus toen heb ik het (met dezelfde vragen) bij Venz geprobeerd. Geen respons. Ik denk dat ik maar geen hagelslag meer ga eten.

Museum voor Communicatie

Van een museum die VOOR communicatie is, zou je toch wel verwachten dat ze terugschrijven. Blijkbaar niet :( Het is één van mijn lievelingsmusea, maar dit is toch wel een minpuntje…

Droste

Het Droste-effect staat hier uitgelegd. Mise en abyme houdt in dat een bepaalde scene in een boek iets zegt over het gehele boek. Maar helaas, geen antwoord op mijn vragen :(

Men’s Health

Zoveel vragen over mannen en nog steeds heb ik het antwoord niet. Ik zal misschien wel voor eeuwig in onwetendheid verkeren…

Als jullie nog bedrijven/instanties weten, die ik echt MOET schrijven, laat het me weten!

UPDATE:

Een reactie van het Museum voor Communicatie op mijn blog:

Hoi Laura,

Dank voor je brief, we hebben ‘m zeker ontvangen en gelezen en we gingen er absoluut op reageren. Helaas kwam je brief ongeveer gelijk bij ons binnen met 560 sollicitatiebrieven die we allemaal gelezen en beantwoord hebben, daardoor zijn we helaas vergeten om te reageren op jouw brief….

We zullen het met je goedmaken! ;)

Hartelijke groet,

Vera Bartels
Museum voor Communicatie

Binnenkort komt de brief dus :)

 

Laura’s liefdesletteren: mijn eigen toekomst

Ik wil vaker fictie schrijven en daarom heb ik dit onderdeel in het leven geroepen. Verhaaltjes over – je raadt het al – liefde. Omdat liefde fijn is. En stom. En raar. En bijzonder. Allemaal tegelijk.

***

Ze zaten op een bankje in het park. Zij kneep haar ogen dicht tegen de zon. Hij zat verscholen achter de krant van vandaag.
‘Zullen we zo een bakkie doen?’ vroeg ze.
De krant ritselde en ik hoorde zijn zwaar stemgeluid.
‘Nel, ik heb de krant nog niet uit. Dat zie je toch?’
Zij knikte. Ja ja, dat was ook zo. Terwijl hij het economisch nieuws las, bekeek zij haar handen. De rimpels vormden een weg van de ene vinger naar de andere en lieten daarbij een spoor van pigmentvlekken na. Ze schudde haar hoofd alsof ze niet kon geloven dat dit toch echt haar handen waren.
‘Anna komt morgenmiddag langs.’
Hij humde van ‘Ja, ja.’ Zij glimlachte en dacht aan de kleinkinderen.
‘Niet vergeten gebak te halen voor bij de koffie.’
Hij deed zijn krant even omlaag, zodat ik zijn grijze haren kon zien. Of wat er nog van over was.
‘He nee, Nel. Je verwent die kinderen teveel.’
Er verscheen een ondeugend lachje op haar gezicht.
‘Maar dat vind ik juist zo leuk.’
Een twinkeling in zijn ogen.
‘Dat weet ik toch.’
Hij pakte haar hand en drukte er een kus op. Ze giechelde als een jong meisje. Hij las de krant uit en daarna stonden ze op. Gearmd schuifelden ze stapje voor stapje het park uit, om gebak te halen. Ik keek ze na en hoopte dat ik net mijn eigen toekomst had gezien.

Rotterdam is er weer een stukje onveiliger op geworden

Robin vond het stoepkrijten zo leuk dat hij spontaan flauwviel. 


Geniet nooit met mate – Loesje.
Met je maten mag wel! – Robin.


Durf jij het?

Vrijdag de dertiende. Normaal is dat een voorbode voor ramp, onheil en tegenspoed, maar zo niet deze keer. Want Rosalie, Robin en ik gingen namelijk Rotterdam onveilig maken.

Nu zul je misschien zeggen: ‘Is Rotterdam niet onveilig genoeg dan?’ Wij vonden van niet. Daar moest wat aan gedaan worden. Dus gingen we stoepkrijten.

Eigenlijk zou iedere zichzelf respecterende volwassene (en kinderen vanzelfsprekend ook) stoepkrijt moeten bezitten. Zeg nou zelf, dat ziet er toch hartstikke leuk uit, vrolijke kleurtjes op grijze tegels? Rosalie en ik hadden een paar mooie citaten gezocht en die gebruikten we. Nu moet u wel weten, stoepkrijt is niet alleen maar pret:
1. Stoepkrijt gaat verrassend snel op.
2. Stoepkrijt kan deels wegwaaien.
3. Stoepkrijt blijft aan je handen zitten en en probeer dan maar eens niet aan je kleding te zitten.
4. Het kan regenen.
Maar, ondanks vrijdag de dertiende, regende het niet.

Het grappigste waren de reacties van de mensen. Vooral toen we bezig waren, bleven veel mensen kijken om te lezen wat er nou precies stond. Op een gegeven moment hadden we in een winkelstraat een tekst van de Beatles geschreven: ‘The sun is up, the sky is blue. It’s beautiful and so are you.’
Eén meneer bleef heel lang kijken.
‘Vindt u het leuk?’ vroeg ik.
‘Nee, nee, helemaal niet.’ zei hij hoofdschuddend en keek naar de lucht. ‘De lucht is helemaal niet blauw!’
Tja.
Gelukkig waren er ook mensen die er blij van werden. En daar gaat het om!

Van stoepkrijten krijg je honger. Dus gingen we naar de Eazie om te genieten van gewokt eten en een artikel uit de Cosmogirl (Namelijk de horoscoop van Robin, die vertelde dat hij wat vaker mascara op moest doen. Daar ben ik het overigens helemaal mee eens.).
Dachten we.
Want Rosalie moest naar gitaarles en we hadden het eten nog niet half op of we moesten al naar de trein rennen.

Toen Robin en ik terugkwamen, was het eten al foetsie. Heeft vrijdag de dertiende toch nog zijn reputatie eer aangedaan…