Zo organiseer je een schrijfretraite voor jezelf

Eindelijk had ik de moed gevonden: ik schreef me in voor een schrijfretraite.  Maar een paar dagen van tevoren kreeg ik te horen: het gaat niet door, want er zijn te weinig aanmeldingen. Wat nu? Ik had me erop verheugd om mezelf echt tijd te gunnen om te schrijven. Er zat niets anders op, ik moest het zelf maar organiseren.

Dit is hoe je dat doet:

1. Zoek een goede locatie
Dit vond ik echt lastig. Er zijn duizenden opties en waar ga je dan voor? Ik wilde dat het rustig was, maar ook weer niet totaal in the middle of nowhere zitten, zodat ik wel de optie had om buiten de deur te eten. Maar midden in de stad leek me ook te druk. Uiteindelijk paste ik de dagen waarop ik ging aan, zodat ik naar Kampinastaete kon (#nospon), vlakbij Oisterwijk. Een vriendin van mij is hier namelijk ook naar toe geweest in haar eentje en dat beviel haar goed. En mij ook! Het huisje is klein maar fijn, de omgeving is prachtig en ik heb echt genoten.

2. Regel schrijfopdrachten
Waarschijnlijk heb je ook je eigen schrijfprojecten, maar vraag ook aan je omgeving of ze schrijfopdrachten voor je hebben (zie zo nummer 5). Dat geeft een richting en zorgt er ook voor dat je het echt gaat doen.

3. Omring jezelf met inspiratie
Een goede tip van Lieneke was om een moodboard te maken. Uiteindelijk heb ik dat niet gedaan, maar wel foto’s en citaten van vrouwen die me inspireren met washitape opgeplakt op de muur. Zoals hen zijn is mijn streven en daar was ik me elke keer bewust van als ik naar ze keek.

4. Stel niet te veel eisen aan jezelf
Ik vond het best spannend, een paar dagen alleen weggaan (dat had ik nog niet eerder gedaan). Zou ik me niet eenzaam voelen, is het niet veel te spannend om in je eentje uit eten te gaan (het antwoord is: nee, maar neem wel een boek mee) en ging ik me niet vervelen? Maar dat ging allemaal eigenlijk heel goed! Ik hoefde van mezelf niet 24/7 te schrijven, er was ook tijd voor pannenkoeken eten en B&B Vol Liefde kijken.

5. Deel met anderen
Een van de redenen dat ik me niet eenzaam voelde, is dat ik wat er gebeurde via Instagram Stories deelde. Niet op een soort fake manier, maar juist grappige dingen die ik tegenkwam delen. Door de reacties die ik daarop kreeg, had ik toch het idee alsof ik niet alleen was.

6. Koppel terug
Het mooie van de schrijfopdrachten die je krijgt, is dat je ze ook weer moet delen, of tenminste, dat zou ik wel aanraden. Dat is soms een beetje eng, want niet alles wat je schrijft, is goed, maar het helpt om anderen ook je matige stukken te laten lezen. En soms zit er daadwerkelijk ook wat goeds bij!

Oftewel: ik kan het iedereen aanraden. Door dit te doen neem je je schrijven en jezelf echt serieus en een andere omgeving opzoeken helpt ook. Dus, mocht je dit zelf een keer doen: je mag me altijd mailen om een schrijfopdracht voor je te bedenken!

Nieuw: de nieuwsbrief

Al maanden heb ik een post-it op de muur van mijn werkkamer hangen. Elke keer als ik aan mijn bureau zit (dat is nogal vaak), zie ik het vanuit mijn ooghoek: ‘nieuwsbrief maken’. Ik denk steeds: later, later ga ik dat doen. Nu eerst nog even B&B Vol Liefde kijken of mijn Discover Weekly beluisteren.

Maar die ‘nieuwsbrief maken’ werd steeds dwingender. Ik had het erover met mensen: ‘Het lijkt me leuk om een nieuwsbrief te maken, vol met inspiratie.’ En: ‘Oh, dit zou ik in mijn nieuwsbrief kunnen zetten.’ Zelf las ik tientallen andere nieuwsbrieven en elke keer dacht ik weer aan die post-it. Ik wil dat ook.

Wat hield me dan tegen? Bang dat mensen het niet leuk vinden. Als ik eraan begin, moet ik het ook volhouden. Het kost tijd. Maar daar zijn natuurlijk tegenargumenten voor. Mensen die het niet leuk vinden, abonneren zich niet of schrijven zich uit. Als ik ergens aan begin, dan houd ik het vol (kijk maar naar deze blog die duizend jaar oud is en nog steeds alive and kicking). Het kost tijd, maar het geeft ook energie.

Dus heb ik een mailprogramma gezocht. Een lay-out gemaakt. Ideeën opgeschreven. Ik heb tegen mensen gezegd ‘De eerste nieuwsbrief komt op 7 januari’ en nu zet ik het op mijn blog. Ik kan niet meer terug.

Want ik kom zoveel leuke films en boeken en andere inspirerende dingen tegen. En natuurlijk kan ik dat ook op mijn blog zetten, maar ik houd zo van dat soort nieuwsbrieven. Alsof je elke week een cadeautje krijgt in je mailbox. Mensen mailen tegenwoordig niet meer wat ze meemaken, ze appen en dat is ook leuk, maar ik wil ook leuke dingen in mijn mailbox. En leuke dingen sturen via de mail.

Dus wil jij dat ook? Je kunt je hier abonneren en dan zie je de eerste nieuwsbrief op 7 januari verschijnen in je mailbox. Beloofd.

Laura’s liefdesletteren: autorit

Ik wil vaker fictie schrijven en daarom heb ik dit onderdeel in het leven geroepen. Verhaaltjes over – je raadt het al – liefde. Omdat liefde fijn is. En stom. En raar. En bijzonder. Allemaal tegelijk.

***

De regendruppels op de autoruit vechten met elkaar: wie is er het snelst bij de finish? Ik kies er eentje aan de linkerbovenkant, hij begint sterk, maar eindigt als laatste. De huizen zijn wazig, de kleuren vervagen in elkaar. We hebben nog uren te gaan. Mijn broertje snurkt een beetje en knikkebolt. Ik verdwijn in andere werelden in mijn boek. Mijn ouders bespreken zachtjes welke afslag zo dadelijk komt.
Als ik mijn ogen een beetje dichtknijp en door mijn wimpers gluur, lijken de lantaarnpalen bollen van licht. Ze gaan zoef zoef voorbij en ook de auto doet zoef zoef over de snelweg. De stemmen op de radio klinken steeds verder weg. Mijn moeder hoeft niet te schakelen en niet in te halen, we gaan in één rechte lijn naar huis. Mijn ogen vallen dicht en ik word wakker in mijn eigen bed, zonder te weten hoe ik daar ben gekomen. We zijn weer thuis.

Laura’s liefdesletteren: schoolkorfbaltoernooi

Ik wil vaker fictie schrijven en daarom heb ik dit onderdeel in het leven geroepen. Verhaaltjes over – je raadt het al – liefde. Omdat liefde fijn is. En stom. En raar. En bijzonder. Allemaal tegelijk.

***

We zijn tien jaar en het gras is groen en de lucht is blauw. Vorige week regende het nog en keken we op tegen deze dag, maar de goden zijn ons goedgezind. Het is zo’n dag waaruit je hele jeugd lijkt te bestaan: je speelt met kinderen die je niet kent, maar die voor die dag je beste vrienden zijn. Je eet knakworsten op witte bolletjes en het zijn de lekkerste broodjes die je ooit hebt gegeten. Jullie zullen laatsten worden, maar dat maakt niet uit, want we hebben allemaal hetzelfde, iets te grote, blauwe shirt aan en we rennen, rennen, rennen, omdat we nog energie hebben en alleen maar kleine zorgen die nu lijken op te lossen in de wolken. We lopen elkaar achterna als kuikentjes achter de moedereend en we verbranden niet. Onze ouders verkopen snuisterijen voor een klein bedrag, het is eigenlijk niet logisch en toch is het de meest logische dag die er is. In je zak heb je een paar muntstukken voor een zakje snoep of toch die bal die bij de snuisterijen ligt. Deze dag duurt eeuwen en de zon brandt langer dan hij ooit heeft gedaan. Straks lig je soezig in bed, je hoofd vol met korfballen en gras en broodjes, nog niet wetend dat morgen het echte leven weer komt en dat ook dit zal vervagen en de kleine zorgen grote zorgen zullen worden. Maar nu niet. Nu hoef je alleen nog maar je ogen dicht te doen en te dromen.

Laura’s liefdesletteren: een goed mens

Ik wil vaker fictie schrijven en daarom heb ik dit onderdeel in het leven geroepen. Verhaaltjes over – je raadt het al – liefde. Omdat liefde fijn is. En stom. En raar. En bijzonder. Allemaal tegelijk.

***

In principe ben ik een goed mens, maar ik ben een gescheiden man. Alles wat ik doe, is bij voorbaat fout. Pakjes Wicky, niet de goede kleur. Tien minuten te laat op het schoolplein. De korstjes moeten eraf, maar alleen van de onderkant.
Zij bezit alle kennis. Ik bezit één weekend in de maand, de rest van de dagen tel ik af door kruisjes op de kalender te zetten. Op de vrijdag ervoor gaan alle blikjes bier in de vuilniszak, verschoon ik de lakens en kijk ik fronsend naar de pakjes Wicky in de supermarkt. Voor de zekerheid koop ik alle kleuren.
‘Mama zegt dat jij niet genoeg geld betaalt, waardoor ze geen spelletjes voor me kan kopen.’
‘Van mama mag ik tot acht uur opblijven.’
‘Mama smeert altijd mijn brood.’
Het was het eerste woordje wat hij zei, ik weet nog hoe wonderlijk ik dat vond, maar tegenwoordig kan ik het niet meer aanhoren. Mama, mama, mama. Eén keer kwam het eruit, voordat ik het doorhad: ‘Nou, mama is een kutwijf.’
Stilte.
‘Papa, wat is een kutwijf?’
Tegen haar zei ik dat hij het woord van de televisie had geleerd. Ik moest hem ook niet naar volwassen programma’s laten kijken, dat wist je inmiddels toch al. Netflix heeft verdomme een speciale instelling voor kinderen.
Het wegbrengen is het ergst. Plakkerige handjes in de mijne, een natte zoen op mijn wang en dan rennen naar mama. Of nee, het thuiskomen, dat is verschrikkelijk. Lege pakjes Wicky in de prullenbak. Een vergeten shirtje. Een leegte.
In principe ben ik een goed mens, maar ik ben een gescheiden man.

De wegbrengers

Ik wil vaker fictie schrijven en daarom heb ik dit onderdeel in het leven geroepen. Verhaaltjes over – je raadt het al – liefde. Omdat liefde fijn is. En stom. En raar. En bijzonder. Allemaal tegelijk.

***

Wij zijn de wegbrengers. We genieten van de stilte van de weg, voordat jij ons overvalt met alle weetjes van de dag. We zetten de radio op tien, zingen onbeschaamd mee en zoeven over de weg. Niemand kan ons wat. De wereld is van ons. We komen naar voetbalclubs, discotheken en huizen van vriendjes en vriendinnen. We zien je als je dronken bent, liefdesverdriet hebt of gewoon moe van de dag. We klagen bijna nooit, ook al moeten we stante pede of om drie uur ‘s nachts rijden. Soms denken we erover na om een bordje met ‘taxi’ op onze auto te laten plaatsen. We zeggen wel eens dat het al de vijfde keer is deze week, maar stiekem hopen we dat het nooit, maar dan ook nooit ophoudt. 

Daag jezelf uit (juli 2022)

In een ver verleden had ik de maandelijkse rubriek ‘Daag jezelf uit’. Door Riannes (enorm lieve) blog moest ik hier weer aan denken met daarna de gedachte: waarom doe ik dat niet weer? Sinds ik niet meer dagelijks blog zijn de rubrieken verdwenen, terwijl die toch ook leuk waren. Dus vanaf nu weer ouderwets om de zoveel tijd een paar uitdagingen.

1. Zoek hier op waar de minibibliotheken in jouw buurt zitten en maak een wandeling van de ene minibibliotheek naar de andere. Als je van tevoren je boekenkast uitzoekt, kun je er zelf boeken inzetten en wie weet zie je er nog iets leuks tussen wat je weer mee kunt nemen.
2. Deze is uit eigen ervaring, we waren wellicht een beetje aangeschoten: als je op een feestje bent en je staat met een paar mensen, maak dan elke keer een erehaag als er iemand door wil. Succes gegarandeerd.
3. Fix een afvalprikker (in Utrecht kun je die gratis bij de gemeente aanvragen), een paar vrienden en ga een uurtje afval prikken in de omgeving. Dan heb je een mooiere buurt en meer karmapunten, dat is mooi meegenomen.
4. Maak een Spotify-lijst met dansbare liedjes (dit is die van mij). Als je twee virtuele meetings achter elkaar hebt, zet dan één liedje uit je lijst aan tussen de meetings door en ga daar even op dansen. Dan ga je toch wat vrolijker de vergadering in.
5. Luister een podcast over een onderwerp dat je eigenlijk niet interessant vindt. Wie weet is het toch leuker dan je denkt.

Ik ben benieuwd welke jij uit gaat proberen!

11 jaar Lauradenkt (en ik heb een e-book geschreven over bloggen!)

Mijn blog bestaat elf jaar vandaag! En het afgelopen jaar heb ik af en aan geschreven aan, jawel, een e-book over bloggen: 10 lessen in 10 jaar bloggen. Ik vond dat ik daar namelijk wel wat over te vertellen had na al die jaren ervaring. Waarom een e-book? Omdat het kan. Omdat het leuk is. Omdat ik wilde leren hoe het moet.

Zoals alles ging ook dit met ups en downs. Ik begon vol enthousiasme en schreef aardig wat pagina’s vol. Elke dag probeerde ik er iets aan te doen. Maar toen deed ik er een dagje niets aan. En daarna nog een dag. Dagen werden weken, maanden zelfs. Totdat ik opeens dacht: shit, straks bestaat mijn blog elf jaar en heb ik hem nog niet af. Dus hoppa, ik motiveerde mezelf weer om er elke dag aan te werken en nu, precies op de deadline, is hij af.

Ondertussen heb ik nog geworsteld met Canva, PayPal, WordPress en wat eigenlijk niet, maar toch moet ik zeggen: het is superleuk om te doen. Er is zoveel gebeurd in die tien (nu dus elf) jaar, dat is niet normaal. Mijn leven zou er oprecht zo anders uitzien als ik niet was gaan bloggen. Ik durf wel te zeggen dat dat een van mijn beste beslissingen ever is geweest. En het voelt goed om een keer wat langers te schrijven, want de waarheid mag gezegd worden: mijn blogs zijn meestal kort (maar krachtig?) (net als ik?).

Dus: ben jij benieuwd naar:

  • Hoe mijn bloggen begon (spoiler: het begon niet met Lauradenkt.nl)
  • Wat voor smeuïge dingen ik allemaal heb meegemaakt
  • De leuke kanten van het bloggen
  • Maar ook de stomme dingen
  • Welke bloggers ik heb ontmoet die nu nog steeds bloggen (misschien sta je zelf wel in het lijstje!)
  • En welke wijsheden ik heb opgedaan in al die jaren?

Dan moet je hem zeker kopen. Hij is maar €5,-. Daar koop je tegenwoordig een pak melk van in de supermarkt of een druppel benzine en nu dus een volledig e-book! Maar je mag hem ook kopen als je me aardig vindt of juist niet of als je niet weet wat je moet doen met je geld. Maakt mij niet uit. Je kunt hem hier kopen.

Ik ben heel benieuwd wat jullie ervan vinden en ook al koopt niemand het: ik kan nu in ieder geval zeggen dat ik een e-book heb geschreven!

Laura’s liefdesletteren: veiligheid

Ik wil vaker fictie schrijven en daarom heb ik dit onderdeel in het leven geroepen. Verhaaltjes over – je raadt het al – liefde. Omdat liefde fijn is. En stom. En raar. En bijzonder. Allemaal tegelijk.

***

Eva loopt door haar huis. Op de muur hangt een foto van haar ouders. Ze aait er zachtjes overheen met haar vinger en zegt: ‘Goedemorgen, pap en mam.” Door haar raam kan ze zien dat het sneeuwt vandaag, haar favoriete weer. Misschien gaat ze wel een wandeling maken straks. Ze opent de voordeur en aan het einde van de gang is een treincoupé. Natuurlijk, de trein vertrekt bijna! Gelukkig, ze is net op tijd om naar Amsterdam te gaan. Ze wil het Rijksmuseum bezoeken en misschien een ijsje eten. Of is het te koud om ijs te eten? Ze ziet het vlakke landschap voorbij gaan als ze opeens muziek hoort. Haar favoriete muziek. Oh mooi, de trein stopt ook.
Ze danst naar de keuken, meezingend met Frank Sinatra. Vandaag maakt ze pannenkoeken met heel veel stroop. Of nee, stamppot. Of gewoon aardappels, groenten, vlees. Ze doet het fornuis aan. Wat is dat geluid? Het klinkt als… ja, het is Toppop! Ze houdt van dat programma. Ze rent naar het geluid toe, maar valt. Voorbereid op de val maakt ze zichzelf klein, maar de grond is zacht en verend. Geen pleisters nodig.
Het kost haar maar een paar stappen naar de woonkamer. Ze gaat op de bank liggen, onder de plaid die haar moeder heeft gemaakt. Ze is blij dat ze een tv heeft en kan niet wachten om te zien wat de hits zijn deze week. Als er een goeie tussenzit, koopt ze misschien wel een plaatje, want ze heeft nog wat zakgeld over. Maar voordat ze kan nadenken over welke dan valt ze in slaap. Het is een goede droom en als ze wakker wordt, zal het weer sneeuwen. Ze zal naar Amsterdam gaan, voor een ijsje of om het Rijksmuseum te bezoeken. En nadat ze pannenkoeken heeft gemaakt, terwijl ze naar Frank Sinatra luistert, nee stamppot, nee gewoon aardappels, groenten, vlees, is er misschien nog genoeg tijd over om naar Toppop te kijken en een plaatje te kopen van haar zakgeld…

***

Dit verhaal vraagt misschien om wat meer achtergrondinformatie. Voor mijn werk schreef ik tijdens een brainstorm dit verhaal. Het is voor het eerst dat ik een verhaal eerst in het Engels heb geschreven (en daarna voor deze blog in het Nederlands heb vertaald), omdat we in internationaal gezelschap waren. Het idee was om na te denken over de zorg, met name gericht op dementie, in de toekomst. Iets wat een oudere met dementie vaak ervaart, is verwarring en onrust. Ik stelde in dit verhaal het ideale verzorgingstehuis voor waar alles is aangepast op de persoon. Favoriete seizoen, muziek, televisieprogramma: alles is gepersonaliseerd. Je kunt het fornuis gewoon aan laten staan, want hij doet het eigenlijk niet echt. Vallen is geen probleem, want de grond is zacht. Er is geen onrust, maar vertrouwdheid en veiligheid. En dat is wat deze doelgroep nodig heeft. Wie weet, is het ooit mogelijk.

Geelblauw

Ik wil vaker fictie schrijven en daarom heb ik dit onderdeel in het leven geroepen. Verhaaltjes over – je raadt het al – liefde. Omdat liefde fijn is. En stom. En raar. En bijzonder. Allemaal tegelijk.

***

Vandaag is het: “Hij is fijn.”
Soms een opmerking over een foto, eet smakelijk en wat een leuk shirt.
“Hij is fijn.”
Het gepiep. De gele, plastic, kaarten.
“Hij is fijn.”
De mensen die in paniek, waar is hij, ik had hem net nog.
‘Hij is fijn.”

Gisteren had hij “In orde.” geprobeerd, maar dat voelde niet lekker in zijn mond. Ook “Prima.” dekte de lading niet.
“Hij is fijn.”
Wat lulde hij nou. Fijn. Fijn. Fijn. Hij kon het woord godverdomme niet meer uit zijn strot krijgen. Zijn mondhoeken trilden bij elke poging tot een glimlach. Het pakken van het pasje, onder het apparaat halen, piep, piep, akkoord, hij is fijn, volgende, volgende, volgende, volgende, komt er ooit een einde aan?

Oh nee, pas als het niet lukt, dat is waar het allemaal om draait.
“Meneer heeft niet ingecheckt?”
Meneer kijkt schuldbewust of juist brutaal, diep in de ogen. Het vragen van het identiteitsbewijs, de kick als die er niet is, en het schrijven van het bonnetje.
“Hij is fijn.”
Ja, dát was pas fijn.